Rechtspraak
Rechtbank Den Haag (Locatie Den Haag), 19 februari 2019
ECLI:NL:RBDHA:2019:1580
Stichting Benita Home/werkneemster
Feiten
Benita Home is een zorginstelling gericht op sociaalpedagogische begeleiding. In 2013 is Benita Home door middel van een WTZi-toelating officieel gecertificeerd als zorginstelling, op grond waarvan zij vanuit de overheid/gemeente zorg gefinancierd kan krijgen. Werkneemster is op 1 juni 2018 voor bepaalde tijd tot 31 december 2018 in dienst getreden bij Benita Home. Bij e-mailbericht van 29 augustus 2018 heeft werkneemster aan Benita Home bericht per direct de arbeidsovereenkomst te beëindigen mede omdat het salaris elke maand niet klopt en zij aanzienlijk minder uur uitbetaald krijgt dan dat zij werkt. Benita Home verzoekt de kantonrechter werkneemster te veroordelen tot betaling van verschillende geldbedragen waaronder een bedrag aan gefixeerde schadevergoeding.
Oordeel
Werkneemster heeft ontslag op staande voet genomen omdat haar salaris niet correct en/of niet op tijd werd betaald. Ter zitting is naar voren gekomen dat het meer specifiek gaat om de salarisbetalingen over de maanden juli en augustus die niet in orde zouden zijn. Ter zitting heeft werkneemster desgevraagd door de kantonrechter aangegeven dat zij Benita Home niet (schriftelijk) heeft gewezen op onvolkomenheden in deze twee salarisbetalingen en ook overigens niet heeft aangedrongen op correcte en juiste betaling. Zij heeft evenwel direct ontslag op staande voet genomen. Van een werknemer kan en mag echter verwacht worden dat deze zijn of haar grieven op normale wijze onder de aandacht van de werkgever brengt, zodat deze in ieder geval de kans krijgt anders te handelen, dan wel zich daar in ieder geval op te bezinnen. Door dat na te laten is het zonder enige waarschuwing vooraf door werkneemster genomen ontslag op staande voet een veel te zwaar middel, waartoe ze niet zomaar over mocht gaan. De handelwijze van werkneemster hieromtrent is dan ook onjuist en het ontslag op staande voet is onterecht genomen. Nu Benita Home berust in het ontslag, vordert zij in beginsel terecht de gefixeerde schadevergoeding ex artikel 6:672 lid 10 BW. Nu het een overeenkomst voor bepaalde tijd betreft zonder tussentijdse opzegmogelijkheid, is de hoogte van deze vergoeding het loon over de resterende looptijd, derhalve vier maanden, zijnde een bedrag van € 9.977,08. Deze vergoeding komt de kantonrechter evenwel niet billijk voor, zodat matiging op basis van artikel 6:672 lid 11 BW zal plaatsvinden. Dit houdt in dat de vergoeding wordt gematigd tot drie maanden salaris (€ 7.482,81), welk bedrag werkneemster aan Benita Home dient te voldoen. Doordat Benita Home een terecht beroep op verrekening doet, komt de kantonrechter uiteindelijk uit op een bedrag van € 6.529,10 dat werkneemster aan Benita Home dient te voldoen.