werkneemster/TBauctions B.V.

Feiten

Werkneemster is op 1 augustus 2015 in dienst getreden bij Troostwijk Veilingen B.V. als managing director (ceo). Per diezelfde datum is werkneemster benoemd tot statutair directeur van Troostwijk Titania Holding, zijnde de houdstermaatschappij van de Troostwijk groep van ondernemingen waaronder Troostwijk Veilingen B.V. vallen(hierna gezamenlijk: Troostwijk). Troostwijk houdt zich onder meer bezig met het veilen van bedrijfsinventarissen aan de zakelijke markt binnen de sectoren agrarisch, metaalbewerking, houtbewerking, bouw, onroerend goed kleinhandel en kantoor, en is actief in heel Europa. Na een fusie met Auctio Holding in juli 2018 vormen Troostwijk en Auctio Holding thans onder de naam TBAuctions B.V. het grootste veilingplatform van Europa. In de met werkneemster op 27 juli 2018 gesloten arbeidsovereenkomst is vastgelegd dat zij tot ceo van TBAuctions is benoemd. In de arbeidsovereenkomst is een concurrentiebeding opgenomen met een bereik van een jaar. De arbeidsovereenkomst is op 1 juni 2019 met wederzijds goedvinden geëindigd. Werkneemster wenste vervolgens bij Surplex Holding Gmbh (hierna: Surplex) in dienst te treden als managing director. Overleg hierover met TBAuctions heeft niet tot een oplossing geleid. Werkneemster vordert thans in kort geding gehele dan wel gedeeltelijke schorsing van het concurrentiebeding.

Oordeel

De kantonrechter neemt als vaststaand aan dat de markt van online veilingen een concurrentiegevoelige markt is waarop een beperkt aantal spelers actief is. In het onderhavige geval is sprake geweest van een fusie waarbij werkneemster als ceo, tevens statutair bestuurder en medeaandeelhouder van Troostwijk een sleutelpositie vervulde. Ten tijde van de indiensttreding bij TBAuctions is werkneemster akkoord gegaan met het concurrentiebeding. Werkneemster moet zich rekenschap hebben gegeven van het risico van een dergelijke fusie waarbij sprake is van 'twee kapiteins' en de mogelijke beperkingen die zij zou ondervinden van het door haar aanvaarde concurrentiebeding wanneer dit risico zich zou verwezenlijken. Daarnaast is in de vaststellingsovereenkomst tot beëindiging van het dienstverband van werkneemster expliciet bepaald dat het concurrentiebeding en het daarbij behorende boetebeding in stand bleven. Werkneemster had hier niet akkoord mee hoeven gaan, maar heeft dit wel gedaan met een, gelet op de korte duur van haar dienstverband, ruimhartige vertrekregeling inclusief onverkorte handhaving van het concurrentiebeding. Daarmee heeft zij willens en wetens de situatie die zich nu voordoet, namelijk dat haar een aantrekkelijke positie bij een concurrent wordt aangeboden die zij moet laten lopen, aanvaard. Tegen deze achtergrond ziet de kantonrechter niet in dat een belangenafweging ex artikel 7:653 BW in het voordeel van werkneemster zou moeten uitvallen. Daarbij komt dat de beoogde indiensttreding van werkneemster bij Surplex naar het oordeel van de kantonrechter wel degelijk een concurrentierisico inhoudt voor TBAuctions, al was het maar omdat aan de persoon van werkneemster blijkbaar een zodanige marktwaarde kleeft dat Surplex is afgehaakt als fusiepartner toen bleek dat werkneemster niet langer aan TBAuctions verbonden zou zijn. Daarbij komt dat zowel TBAuctions als Surplex zich bezighoudt met online veilingen voor de zakelijke markt, er overlap is in de sectoren waarop beide partijen zich richten, Surplex geen kleine speler is en het niet ondenkbaar is dat Surplex haar activiteiten in Nederland met behulp van werkneemster wil uitbreiden. De vorderingen van werkneemster worden op grond van het voorgaande afgewezen.