Rechtspraak
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Haarlem), 29 oktober 2019
ECLI:NL:RBNHO:2019:8913
Gate Gourmet Amsterdam B.V./werkneemster
Feiten
Werkneemster is op 1 april 2015 bij Gate Gourmet Amsterdam B.V. (hierna: Gate Gourmet) in dienst getreden. Met ingang van 1 november 2017 geldt de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Aangezien werkneemster op Schiphol werkzaam is, beschikt zij over een Schipholpas. Een voorwaarde voor het verkrijgen van deze pas is kennis van de (veiligheids)voorschriften. Bovendien dient werkneemster gehoor te geven aan de regels uit het personeelshandboek van Gate Gourmet. In oktober 2018 is werkneemster geconfronteerd met kritiek op haar houding en manier van samenwerking. Op 21 december 2018 heeft Gate Gourmet een (eerste) schriftelijke waarschuwing gegeven. Op 1 februari en 19 maart 2019 is met werkneemster wederom gesproken over klachten met betrekking tot haar gedrag en houding. Op 3 mei 2019 is opnieuw een (ditmaal laatste) waarschuwing aan werkneemster gegeven naar aanleiding van eerdere incidenten waarbij zij tegen de voorschriften in handelde. Deze klacht is besproken tijdens een gesprek op 6/7 mei 2019. Werkneemster heeft handvatten aangeboden gekregen ter verbetering. In de maanden juni en begin juli 2019 doen zich echter opnieuw incidenten voor waarbij werkneemster in strijd met de gehanteerde procedures en voorschriften handelde. Op 2 juli 2019 is werkneemster naar aanleiding hiervan per direct vrijgesteld van arbeid. Deze schorsing is op 4 juli 2019 per brief aan werkneemster bevestigd. Een paar dagen later heeft Gate Gourmet werkneemster een voorstel voor een vaststellingsovereenkomst gedaan, maar daarmee is zij niet akkoord gegaan. Om die reden verzoekt Gate Gourmet ontbinding van de arbeidsovereenkomst, primair wegens verwijtbaar handelen of nalaten en subsidiair vanwege een verstoorde arbeidsverhouding. Werkneemster verzoekt afwijzing van dit verzoek.
Oordeel
Allereerst overweegt de kantonrechter dat, hoewel sprake is van een opzegverbod (werkneemster is lid is van de ondernemingsraad) dit niet aan ontbinding in de weg staat. De kantonrechter komt derhalve toe aan beoordeling van het ontbindingsverzoek. Naar het oordeel van de kantonrechter bestaat in dit geval een redelijke grond voor ontbinding, omdat vast is komen te staan dat werkneemster diverse op Schiphol en bij Gate Gourmet geldende regels heeft overtreden. Gelet op die overtredingen kan werkneemster wel degelijk verwijtbaar handelen en nalaten worden verweten. De kantonrechter acht dit verwijtbaar handelen en nalaten echter niet zodanig dat op grond daarvan in redelijkheid niet van Gate Gourmet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Wel acht de kantonrechter ontbinding van de arbeidsovereenkomst gerechtvaardigd op grond van een verstoorde arbeidsverhouding. Uit de feiten blijkt dat werkneemster, wanneer zij door Gate Gourmet op haar gedrag of overtreding van de regels wordt aangesproken, telkens de discussie opzoekt of aangeeft zich niet in de kritiek van Gate Gourmet te herkennen. Door iedere keer de discussie aan te gaan, zet zij de verhouding tussen haar en haar leidinggevenden op scherp. Dat kost allemaal (negatieve) energie en tijd, wat niet werkbaar is in een omgeving als Schiphol waar strikte veiligheidsvoorschriften gelden en onder grote tijdsdruk moet worden gepresteerd. Hoewel werkneemster meermaals (terecht) op haar gedrag is aangesproken en handvatten ter verbetering aangereikt heeft gekregen, heeft zij hier niets mee gedaan. Hierdoor is het vertrouwen van Gate Gourmet gaandeweg afgenomen totdat op 2 juli 2019 het draagvlak voor een verdere samenwerking was verdwenen. Vanaf dat moment is naar het oordeel van de kantonrechter sprake van een zodanig verstoorde arbeidsverhouding, dat van Gate Gourmet in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Op grond van het bovenstaande wijst de kantonrechter het ontbindingsverzoek toe.