Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/Magazijn De Bijenkorf B.V.
Gerechtshof Amsterdam (Locatie Amsterdam), 17 december 2019
ECLI:NL:GHAMS:2019:4508

werkneemster/Magazijn De Bijenkorf B.V.

Tekortschieten werkgever bij re-integratie is met een loonsanctie afgedaan, maar levert in dit geval geen ernstige verwijtbaarheid op. Werkneemster heeft hiertoe onvoldoende gesteld. Teleurgestelde verwachtingen van werkneemster dragen niet bij aan ernstige verwijtbaarheid.

Feiten

Werkneemster is met ingang van 1 juli 2012 krachtens arbeidsovereenkomst bij De Bijenkorf in dienst getreden. Zij heeft zich op 2 maart 2015 ziek gemeld. Op basis van een advies van de arbo-arts is een tweedespoortraject gestart. De Bijenkorf heeft nadien een negatief deskundigenoordeel ter zake van haar re-integratie-inspanningen ontvangen. Op 2 februari 2017 is aan De Bijenkorf een loonsanctie opgelegd. Haar bezwaar daartegen is ongegrond verklaard. De arbo-arts achtte werkneemster vervolgens volledig arbeidsgeschikt. Op verzoek van de arbo-arts is mediation gestart in mei 2017, die nadien gestaakt is nadat werkneemster in de second opinion van de verzekeringsarts ongeschikt is geacht om haar eigen werk te verrichten. UWV heeft nadien de WIA-aanvraag van werkneemster afgewezen. Werkneemster heeft wel een WW-uitkering ontvangen. In eerste aanleg heeft De Bijenkorf de kantonrechter verzocht de arbeidsovereenkomst met werkneemster te ontbinden op grond van ernstig verwijtbaar handelen van werkneemster. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden en een transitievergoeding ‘toegekend’. De door werkneemster gevraagde billijke vergoeding werd afgewezen. In hoger beroep komt werkneemster op tegen de afwijzing van de billijke vergoeding.

Oordeel

In hoger beroep stelt werkneemster dat De Bijenkorf ernstig verwijtbaar heeft gehandeld. Het hof is echter van oordeel dat de feiten die zij daartoe heeft aangevoerd, ook indien juist bevonden, de conclusie dat sprake is geweest van ernstig verwijtbaar handelen aan de zijde van De Bijenkorf, niet of althans onvoldoende kunnen dragen. Het hof zal dit achtereenvolgens toelichten, teneinde partijen er inzicht in te verschaffen hoe het hof tot deze beoordeling is gekomen. Zo is niet gesteld of gebleken dat De Bijenkort onzorgvuldig of ernstig verwijtbaar heeft gehandeld door het aandragen van een nieuwe bedrijfsarts en is ook het stoppen met mediation door De Bijenkorf niet ernstig verwijtbaar. Het verwijt van werkneemster dat De Bijenkorf haar onvoldoende in staat heeft gesteld om het werk waarvoor zij was aangenomen te verrichten mist doel, omdat werkneemster hierbij doelt op een schriftelijke arbeidsovereenkomst die zij zelf ook voor akkoord heeft getekend en waarvan De Bijenkorf dus mocht aannemen dat deze haar instemming had. Het eerste verwijt ziet allereerst op verwachtingen, die reeds naar hun aard tot al dan niet wederzijdse teleurstellingen kunnen leiden, maar die, behoudens zeer bijzondere en in dit geval niet gestelde of gebleken omstandigheden, op zichzelf niet het oordeel van ernstig verwijtbaar handelen door de werkgever kunnen dragen. Op basis van de tussen partijen vaststaande feiten concludeert het hof dat de onderlinge verstandhouding tijdens het hele re-integratietraject niet heeft bijgedragen aan een vlot en voorspoedig verloop daarvan. Ook indien juist zou zijn dat de door De Bijenkorf ingeschakelde arbo-arts onjuiste adviezen zou hebben gegeven, dat De Bijenkorf werkneemster bleef ‘pushen’ om mee te werken aan mediation en dat daarmee het lopende tweedespoortraject is vertraagd, mogen deze verwijten geacht worden mede redengevend te zijn geweest voor de aan De Bijenkorf opgelegde loonsanctie. Daarmee is de ontstane vertraging reeds omgezet in een maatregel ten laste van de Bijenkorf en ten gunste van werkneemster. Op grond van het vorenstaande valt niet in te zien dat de door werkneemster aan De Bijenkorf verweten opstelling en/of handelwijze, mede gelet op de reeds getroffen loonsanctie, zodanig zwaarwegend is dat daarmee ernstige verwijtbaarheid aan de orde is. Nu ernstige verwijtbaarheid van De Bijenkorf niet is vast komen te staan behoeft de hoogte van een billijke vergoeding geen bespreking.