Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/werkgever
Rechtbank Zeeland-West-Brabant (Locatie Breda), 20 juli 2020
ECLI:NL:RBZWB:2020:3253
Muziekdocente kan wegens medische problemen met haar stem haar werk niet meer uitvoeren. Vordering tot wedertewerkstelling in passende functie afgewezen. Gelet op vacaturestop kan van werkgever niet gevergd worden een proefplaatsing aan te bieden om passendheid te onderzoeken.

Feiten

Werkneemster is sinds 1 mei 1997 werkzaam bij een onderwijsinstelling (hierna: werkgever) als (muziek)docente. Op 28 maart 2017 is werkneemster arbeidsongeschikt geraakt vanwege medische problemen met langdurig luid en gearticuleerd spreken en zingen en het niet meer mogen bespelen van een blaasinstrument. Het UWV heeft op 11 juli 2018 naar aanleiding van een verzoek van werkneemster geoordeeld dat de door werkgever uitgevoerde re-integratie-inspanningen onvoldoende waren. Op 25 maart 2019 heeft het UWV aan werkgever een loonsanctie opgelegd. De loondoorbetalingsplicht van werkgever is per 25 maart 2020 gestopt. Vanaf 3 februari 2020 geldt bij werkgever een vacaturestop voor al het onderwijsondersteunend personeel zonder lesgebonden taken. Werkneemster ontvangt thans een WIA-uitkering. Werkneemster vordert bij wege van voorlopige voorziening wedertewerkstelling in de functie van beleidsadviseur onderwijs dan wel in de rol van jaarlaagcoördinator dan wel in een andere passende functie in de organisatie van werkgever. Werkneemster legt aan haar vordering ten grondslag dat werkgever structureel tekortschiet in de re-integratieverplichtingen ten aanzien van werkneemster. Werkgever deelt haar steeds mede dat er geen passende arbeid beschikbaar is voor haar, terwijl er in haar optiek wel een aantal passende functies beschikbaar zijn waar zij voor in aanmerking komt. Bovendien volgt uit twee deskundigenoordelen van het UWV en een rapport van de arbeidsdeskundige van VerzuimConsulent dat de functie van beleidsadviseur en de rol van jaarlaagcoördinator als passende arbeid kunnen worden aangemerkt.

Oordeel

Functie van beleidsadviseur onderwijs

Als onweersproken is komen vast te staan dat er thans twee medewerkers in de functie van beleidsadviseur onderwijs werkzaam zijn. Een van deze medewerkers gaat zelf uit dienst en zij wordt wegens de vacaturestop niet vervangen. De andere medewerker heeft een tijdelijk contract gekregen tot 1 januari 2021 om een lopend project af te ronden. Gelet hierop is niet komen vast te staan dat de functie met ingang van het nieuwe schooljaar 2020/2021 beschikbaar is. Voorshands wordt geoordeeld dat het van werkgever niet kan worden gevergd deze functie aan werkneemster toe te kennen.

Rol van jaarlaagcoördinator

Onweersproken is gebleven dat de jaarlaagcoördinator altijd bereikbaar en beschikbaar moet zijn. Werkneemster kan hier – met inachtneming van haar frequente ziekteverzuim en aldus kwetsbaarheid – niet aan voldoen. Er kan niet zonder meer op voorhand worden geconcludeerd dat de rol beschikbaar is dan wel dat van werkgever gevergd kan worden dat deze rol specifiek voor werkneemster vrijgemaakt wordt.

Andere passende functie

Ook de meer subsidiaire vordering tot wedertewerkstelling in een andere passende functie wordt afgewezen. Hoewel het rapport van VerzuimConsulent vermeldt dat er wellicht mogelijkheden zijn voor de functie van stafmedewerker onderwijs en kwaliteit, kan daarmee nog niet geconcludeerd worden dat deze functie zal worden ingevuld. Ook hier stelt werkgever zich op het standpunt dat als gevolg van bezuinigingen en de vacaturestop er geen mogelijkheid is om een functie beschikbaar te maken en in te vullen. Gelet hierop wordt voorshands geoordeeld dat van werkgever niet gevergd kan worden een proefplaatsing aan te bieden om te onderzoeken of de functie van stafmedewerker onderwijs en kwaliteit passend kan worden geacht, zoals is overwogen in het rapport van VerzuimConsulent.