Feiten

Werknemer is sinds 14 augustus 2006 bij werkgever in dienst. Werknemer is op 15 januari 2015 arbeidsongeschikt geraakt. De loonbetalingsverplichting is met ingang van 10 september 2018 beëindigd. In die periode heeft werknemer af en toe gewerkt al dan niet in het kader van re-integratie. Vanaf 4 oktober 2016 heeft werknemer in het geheel niet meer gewerkt. Werkgever is niet aangesloten bij een werkgeversorganisatie. Per 22 september 2012 is de Cao Grafimedia 2012/2013 algemeen verbindend verklaard tot 31 juli 2013 en tot 1 februari 2017 gedeeltelijk. Met ingang van 8 september 2016 is de Cao Grafimedia 2015/2018 algemeen verbindend verklaard. Werkgever heeft (met terugwerkende kracht) vanaf 1 januari 2017 aan werknemer een ploegentoeslag uitgekeerd in lijn met de Cao Grafimedia 2015/2016. Werknemer vordert onder meer veroordeling van werkgever tot betaling van € 14.112 bruto aan achterstallige ploegentoeslag (over de periode 2014 tot en met 2016).

Oordeel

De vraag die voorligt, is in hoeverre werkgever verplicht is alsnog over te gaan tot betaling van ploegentoeslag over de jaren 2014 tot en met 2016 en of werkgever gehouden is over het eerste ziektejaar het loon door te betalen tot 100%. Werknemer beroept zich primair op de Cao Grafimedia en subsidiair op goed werkgeverschap.

Cao Grafimedia

Het is met het stelsel van algemeen verbindend verklaring niet te verenigen om door een extensieve interpretatie van de wet de geldingsduur van de betreffende cao-bepalingen voorbij die periode te verlengen op de enkele grond dat deze tijdens de periode van de verbindendheid deel uitmaakten van de arbeidsovereenkomsten waarvoor de verbindendverklaring gold. Een incorporatiebeding ontbreekt, terwijl ook niet anderszins uit de arbeidsovereenkomst volgt dat partijen hebben beoogd de voor een algemeen verbindend verklaarde cao te laten doorwerken. De vordering van werknemer komt voor de periode 2014 tot 8 september 2016 in ieder geval niet voor toewijzing in aanmerking. Gebleken is dat werkgever op 9 maart 2017 met ingang van 1 januari 2017 de arbeidsvoorwaarden met terugwerkende kracht in overeenstemming heef gebracht met de cao. Onweersproken is door werknemer gesteld dat werkgever over het jaar 2017 een bedrag aan ploegentoeslag heeft betaald van € 4.838,42 bruto en over het jaar 2018 tot en met augustus een bedrag van € 3.138,96 bruto. Die verplichting gold dus ook vanaf 8 september 2016. Het enkele feit dat werknemer in die periode arbeidsongeschikt was, maakt dat niet anders. Uit de arbeidsovereenkomst volgt immers dat werknemer normaal gesproken in ploegendienst werkt. In deze periode (8 september tot en met 31 december) heeft werknemer weliswaar kort (met onderbreking) werkzaamheden verricht, maar de kantonrechter gaat ervan uit dat dat in het kader van re-integratie is geschied, zodat het gebruikelijke loon, waaronder ploegentoeslag, verschuldigd is.

Doorbetaling tijdens ziekte

Werknemer is in januari 2015 arbeidsgeschikt geraakt. Werknemer maakt aanspraak op betaling van 100% van het loon gedurende het eerste jaar van zijn arbeidsongeschiktheid onder verwijzing naar de Cao Grafimedia. Zoals hierboven reeds is overwogen bestond er op het moment van ziekmelding geen algemeen verbindend verklaarde cao. In de arbeidsovereenkomst is opgenomen dat bij ziekte gedurende het eerste jaar werkgever gehouden is het loon tot 70% (met garantie tot het minimumloon) door te betalen. De vordering van werknemer tot nabetaling tot 100% van het loon dient daarom te worden afgewezen. Werknemer heeft subsidiair nog aangevoerd dat de vorderingen dienen te worden toegewezen op grond van goed werkgeverschap. Werkgever is niet verplicht een cao toe te passen als deze niet voor hem gold. Werknemer heeft deze grondslag van zijn vordering niet, althans onvoldoende, onderbouwd.