Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Synthese IGGZ B.V.
Rechtbank Den Haag (Locatie Den Haag), 23 september 2020
ECLI:NL:RBDHA:2020:9162
Vorderingen van bestuurder na ontslag op staande voet. Uit het feit dat hij zowel een dertiende maand als een eindejaarsuitkering heeft gekregen volgt dat de eindejaarsuitkering onverschuldigd is betaald.

Feiten

Werknemer heeft op 20 april 2016 samen met zijn oom, de heer A, Synthese IGGZ B.V. (hierna: Synthese) opgericht. Met ingang van 1 januari 2017 zijn partijen een arbeidsovereenkomst aangegaan waarbij werknemer bij Synthese in dienst is getreden als statutair directeur. Bij brief van 24 augustus 2018 is werknemer op staande voet ontslagen. Werknemer heeft in dit ontslag op staande voet berust. Werknemer vordert in conventie Synthese te veroordelen aan hem salariselementen te betalen, waarop hij ten tijde van zijn ontslag op staande voet nog recht op zou hebben. Deze salariselementen bestaan volgens werknemer uit het vakantiegeld en de dertiende maand van 2017 en 2018, een onkostenvergoeding en niet opgenomen verlofuren in 2017 en 2018. Over dit alles wordt tevens de wettelijke verhoging gevorderd. In reconventie vordert Synthese werknemer te veroordelen tot betaling van het bedrag aan eindejaarsuitkering wegens onverschuldigde betaling. 

Oordeel

Vakantiegeld 
Tijdens de mondelinge behandeling heeft werknemer erkend dat het vakantiegeld van 2017 per 13 juni is betaald. Het vakantiegeld zelf behoeft volgens de kantonrechter geen nadere bespreking meer. De vordering voor wettelijke verhoging wordt later beoordeeld.

Dertiende maand
Uit de door Synthese overgelegde salarisstroken blijkt dat aan werknemer zowel een dertiende maand als een eindejaarsuitkering is gedaan. Met betrekking tot de vraag of de dertiende maand betaald is, heeft Synthese naar het oordeel van de rechtbank met deze salarisspecificaties voldoende onderbouwd dat deze aan werknemer is betaald. De vordering zal op dit punt worden afgewezen.

Onkostenvergoeding
Synthese heeft de vordering wat betreft de onkostenvergoeding betwist door te stellen dat werknemer tijdens zijn werkzaamheden gebruik kon maken van de parkeergarage en het daardoor niet aannemelijk is dat hij nog andere parkeerkosten heeft gemaakt. Nu werknemer ter bewijs gedeclareerde privékosten heeft overgelegd en deze kosten zijn gemaakt voor de oprichting van Synthese wordt de vordering tot vergoeding van onkosten afgewezen. 

Niet opgenomen verlofuren
Naar het oordeel van de rechtbank heeft werknemer nog recht op uitbetaling van zijn in 2017 en 2018 niet-genomen verlofuren. Synthese heeft noch het door werknemer gestelde aantal niet-opgenomen verlofuren betwist noch het daarbij horende uurtarief, zodat de vordering van werknemer op dit punt wordt toegewezen. 

Wettelijke verhoging
De kantonrechter komt tot het oordeel dat de wettelijke verhoging alleen over de niet-opgenomen verlofuren zal worden toegewezen, nu uit het feit dat de vordering betreffende de niet-opgenomen verlofuren wordt toegewezen voortvloeit dat deze te laat betaald zijn en dat Synthese hierover de wettelijke verhoging verschuldigd is. Gelet op onder meer het feit dat werknemer tijdens zijn dienstverband ook middellijk bestuurder van Synthese was, waardoor hij zelf in grote mate invloed kon uitoefenen op de tijdstippen van uitbetaling van zijn salaris, matigt de kantonrechter het percentage van de wettelijke verhoging tot 15%.

In reconventie
Naar het oordeel van de kantonrechter heeft werknemer onvoldoende onderbouwd dat hij naast de contractueel overeengekomen dertiende maand ook recht zou hebben op uitbetaling van een eindejaarsuitkering. Het argument dat hij op grond van de cao ook recht zou hebben op een eindejaarsuitkering wordt niet gevolgd, aangezien Synthese heeft aangevoerd dat deze cao niet van toepassing is op bestuurders van rechtspersonen. Uit het feit dat werknemer zowel een dertiende maand als een eindejaarsuitkering heeft gekregen volgt dat de eindejaarsuitkering onverschuldigd is betaald. Het gevorderde bedrag van Synthese zal daarom worden toegewezen.