Rechtspraak
Feiten
JH, een werknemer in dienst van een uitzendbureau, is tussen 3 maart 2014 en 30 november 2016 als uitzendkracht bij de inlenende onderneming KG aangesteld op basis van meerdere opeenvolgende uitzendovereenkomsten (acht in totaal) en diverse verlengingen daarvan (zeventien in totaal). In februari 2017 heeft JH bij de verwijzende rechter, de Tribunale ordinario di Brescia (rechter in eerste aanleg Brescia, Italië), een vordering ingesteld waarbij hij die rechter verzoekt te verklaren dat tussen hemzelf en KG een arbeidsverhouding voor onbepaalde tijd is ontstaan omdat er tussen maart 2014 en november 2016 onrechtmatig gebruik is gemaakt van achtereenvolgende en ononderbroken opdrachten. Voorts verzoekt hij deze rechter te verklaren dat de uitzendovereenkomsten op basis waarvan hij aan KG ter beschikking is gesteld, onrechtmatig en/of onregelmatig en/of nietig zijn. De Italiaanse rechter stelt prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie EU. Met zijn vraag wenst de verwijzende rechter in wezen te vernemen of artikel 5 lid 5, eerste volzin, Richtlijn 2008/104/EG aldus moet worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een nationale wettelijke regeling die geen grenzen stelt aan het aantal achtereenvolgende opdrachten van dezelfde uitzendkracht bij dezelfde inlenende onderneming, en die voor het rechtmatige gebruik van de terbeschikkingstelling van werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd niet de voorwaarde stelt dat er technische redenen of redenen in verband met vereisten op het gebied van de productie, de organisatie of vervanging van personeelsleden bestaan.
Oordeel
Het Hof van Justitie EU oordeelt als volgt.
Uitzendrichtlijn verplicht niet tot beperking aantal uitzendingen naar dezelfde inlener
Artikel 5 lid 5, eerste volzin, Richtlijn 2008/104/EG, dat een van deze minimumvereisten is, bepaalt dat de lidstaten passende maatregelen nemen, overeenkomstig de nationale wetgeving en/of praktijk, met het oog op voorkoming van misbruik bij de toepassing van dit artikel, met name voorkoming van achtereenvolgende opdrachten om de bepalingen van deze richtlijn te omzeilen. Deze bepaling verplicht de lidstaten dus niet om het aantal achtereenvolgende opdrachten van dezelfde werknemer bij dezelfde inlenende onderneming te beperken of om het gebruik van deze vorm van arbeid van bepaalde duur afhankelijk te stellen van de vermelding van redenen van technische aard of redenen die verband houden met vereisten van de productie, de organisatie of vervanging van personeelsleden. Die bepaling voorziet bovendien – net zomin als andere bepalingen van die richtlijn overigens – niet in specifieke maatregelen die de lidstaten daartoe moeten vaststellen.
Ontbreken van 'redelijke tijdelijkheid' maakt permanente terbeschikkingstelling aan inlener onrechtmatig
Indien de achtereenvolgende opdrachten van een uitzendkracht bij dezelfde inlenende onderneming tot gevolg hebben dat de duur van de activiteit bij die onderneming langer is dan wat redelijkerwijs als ‘tijdelijk’ kan worden aangemerkt, zou dat een aanwijzing kunnen zijn voor misbruik van achtereenvolgende opdrachten in de zin van artikel 5 lid 5, eerste volzin, Richtlijn 2008/104/EG. Evenzo omzeilen achtereenvolgende opdrachten die aan een uitzendkracht bij dezelfde inlenende onderneming worden toevertrouwd de kern van de bepalingen van Richtlijn 2008/104/EG en vormen zij misbruik van deze vorm van arbeidsverhouding, aangezien zij het door deze richtlijn bereikte evenwicht tussen flexibiliteit voor werkgevers en zekerheid voor werknemers aantasten door deze zekerheid te ondermijnen. Wanneer ten slotte in een concreet geval geen objectieve verklaring wordt gegeven voor het feit dat de betrokken inlenende onderneming gebruikmaakt van achtereenvolgende uitzendovereenkomsten, staat het aan de nationale rechter om in de context van de nationale regeling en rekening houdend met de omstandigheden van elk geval te onderzoeken of een van de bepalingen van Richtlijn 2008/104/EG wordt omzeild, temeer wanneer het dezelfde uitzendkracht is die op basis van de betrokken reeks overeenkomsten bij de inlenende onderneming wordt tewerkgesteld.