Rechtspraak
Feiten
Werknemer is met ingang van 1 januari 2020 in dienst getreden bij werkgever in de functie van logistiek medewerker. Op de arbeidsovereenkomst was de Cao Metaalbewerkingsbedrijf van toepassing. Op 19 december 2016 is werknemer als gevolg van ziekte uitgevallen. Met ingang van 17 december 2018 is aan hem een WGA-uitkering toegekend. Bij brief van 22 november 2018 heeft werkgever aan werknemer medegedeeld dat per 17 december 2018 de loondoorbetaling zal stoppen. Op 19 maart 2019 vraagt werknemer aan werkgever wanneer er een eindafrekening van het dienstverband plaats zal vinden, waarop werkgever reageert dat deze plaatsvindt bij uitdiensttreding, waarvan nog geen sprake is. Op 11 november 2019 heeft werknemer hulp gezocht bij het FNV naar aanleiding van de beslissing van de Hoge Raad inzake slapende dienstverbanden. Op het intakeformulier heeft hij per abuis ingevuld dat hij op 19 december 2019 met pensioen zou gaan in plaats van per 19 november 2019. Werkgever is op 18 november 2019 door werknemer gewezen op de uitspraak van de Hoge Raad en verzocht om tot beëindiging van het dienstverband over te gaan. Bij brief van 22 november 2019 heeft werkgever gereageerd en werknemer bericht dat medewerking aan de beëindiging van de arbeidsovereenkomst niet meer mogelijk is nu de arbeidsovereenkomst ingevolge artikel 12 lid 2 van de CAO voor het Metaalbewerkingsbedrijf reeds is geëindigd met ingang van 19 november 2019. Werkgever merkt daarbij op dat werknemer niet eerder een verzoek heeft gedaan om het dienstverband te beëindigen, maar alleen heeft geïnformeerd naar de eindafrekening. Werkgever heeft begin 2019 aan een directe collega van werknemer, die ook langer dan twee jaar arbeidsongeschikt was en voor wie evenmin re-integratiemogelijkheden bij werkgever bestonden, meegewerkt aan de beëindiging van de arbeidsovereenkomst onder betaling van de transitievergoeding. Werknemer vordert bij de kantonrechter werkgever te veroordelen tot betaling aan hem van de transitievergoeding.
Oordeel
Volgens de kantonrechter moet vooropgesteld worden dat uit de Xella-uitspraak van de Hoge Raad geen algemene informatieplicht voor werkgevers voortvloeit. De kantonrechter overweegt dat werkgever, toen werknemer uitdrukkelijk vroeg om een eindafrekening, had moeten begrijpen, dan wel rekening had moeten houden met de mogelijkheid dat hij kennelijk uitging van beëindiging van het dienstverband. Tegen die achtergrond had van werkgever verwacht mogen worden dat hij bij werknemer navraag had gedaan wat hij bedoelde met de eindafrekening. Dat heeft werkgever niet alleen nagelaten, werkgever heeft werknemer onjuist, althans onvolledig geïnformeerd bij de brief van 19 maart 2019, terwijl werkgever op de hoogte was van de juridische discussies rondom het beëindigen van slapende dienstverbanden en de komst van de Compensatieregeling Transitievergoeding, wat blijkt uit de beëindiging van het eveneens slapend dienstverband met een collega van werknemer. Als werkgever omstreeks maart 2019 naar aanleiding van het verzoek van werknemer om de eindafrekening werknemer al niet deugdelijk had moeten informeren, had hij dat zeker na 8 maart 2019, toen de Xella-uitspraak door de Hoge Raad werd gedaan, moeten doen. Gegeven het verzoek om de eindafrekening kan het verweer van werkgever dat werknemer, anders dan zijn collega, niet expliciet om beëindiging van de arbeidsovereenkomst en uitbetaling van de transitievergoeding heeft verzocht niet slagen. Bovendien was werknemer met de e-mail van 18 november 2019, daags voordat de arbeidsovereenkomst van rechtswege eindigde door het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, net op tijd. Zo werkgever al niet eerder werknemer juist had moeten informeren had hij zeker direct op de e-mail van 18 november 2019 positief moeten reageren. De slotsom is dat werknemer heeft gehandeld in strijd met de norm van goed werkgeverschap en derhalve gehouden is aan werknemer alsnog, bij wijze van schadevergoeding, een bedrag ter hoogte van de transitievergoeding, onbetwist gebleven gesteld een bedrag van € 43.068 (bruto) te voldoen.