Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/werkgeefster
Rechtbank Rotterdam (Locatie Dordrecht), 24 november 2020
ECLI:NL:RBROT:2020:10386
Verklaring voor recht aansprakelijkheid werkgever voor arbeidsongeval afgewezen. Causaal verband tussen werkzaamheden van lasser en zijn rugklachten kan niet worden vastgesteld. Werknemer zal dit moeten bewijzen, waarvoor het deelgeschil niet geschikt is.

Feiten

Werknemer is op 3 september 2018 bij werkgeefster in dienst getreden als lasser 3 tot 3 augustus 2019. Op de werkplek van werknemer was een kraan geïnstalleerd om de buizen van de rollerbaan naast zijn werkplek te bewegen van en naar zijn werkplek. Medio april/mei 2019 is deze kraan defect geraakt en enkele weken buiten gebruik geweest. Werknemer heeft zich op 23 mei 2019 ziek gemeld bij werkgeefster. De gemachtigde van werknemer heeft werkgeefster per brief van 27 januari 2020 aansprakelijk gesteld voor de rugklachten van werknemer. In september 2019 en januari 2020 is werknemer uitgevallen met rugklachten. Partijen twisten in het deelgeschil over de vraag of werkgeefster aansprakelijk is voor de schade die werknemer stelt te hebben geleden als gevolg van het moeten tillen van zware buizen gedurende de periode dat de kraan kapot was.

Oordeel

Uit de stukken van de huisarts, de arboarts, de fysiotherapeut en de bewegingsdeskundige kan worden afgeleid dat werknemer last heeft van rugklachten. Dat deze rugklachten zijn veroorzaakt door de werkomstandigheden bij werkgeefster kan op basis van de in deze procedure overlegde stukken echter niet worden vastgesteld, gelet op het volgende. Tussen partijen staat vast dat de kraan die voor werknemer als hulpmiddel diende bij het tillen van zwaardere buizen gedurende enige weken kapot is geweest. Partijen zijn het echter niet eens over het gewicht van de buizen die werknemer in deze periode heeft getild en de frequentie daarvan. Ook staat niet vast in hoeverre werknemer hulp heeft gekregen bij het tillen van de zwaardere buizen. Om vast te kunnen stellen in hoeverre werknemer tijdens zijn werkzaamheden is blootgesteld aan voor de gezondheid gevaarlijke omstandigheden zal nadere bewijslevering nodig zijn en hiervoor leent een deelgeschil zich niet. Daarbij komt dat rugklachten door verschillende oorzaken kunnen ontstaan, die ook (deels) buiten de werksituatie kunnen zijn gelegen. In het geval van werknemer speelt daarbij een rol dat uit het huisartsenjournaal volgt dat werknemer ook voor mei 2019 al last had van rugklachten. Nu in deze procedure niet kan worden vastgesteld dat werknemer werkzaamheden heeft verricht onder omstandigheden die schadelijk kunnen zijn voor zijn gezondheid en het verband tussen de rugklachten en de arbeidsomstandigheden te onzeker is, is de arbeidsrechtelijke omkeringsregel in dit geval niet van toepassing. Op werknemer rust daarom de volledige stelplicht en bewijslast van dit causale verband. Werknemer zal moeten bewijzen dat zijn rugklachten in de uitoefening van zijn werkzaamheden zijn ontstaan. Voor bewijslevering, eventueel door middel van een medische expertise, is in dit deelgeschil geen plaats gelet op de investering in tijd, geld en moeite die dit vergt. Dit leidt tot de conclusie dat in dit stadium het gestelde causale verband tussen de werkzaamheden in de periode waarin de kraan kapot was en de rugklachten die werknemer ervaart niet kan worden vastgesteld. Hierdoor kan ook de vraag of werkgeefster aansprakelijk is voor de schade van werknemer niet worden beantwoord. Het verzoek zal daarom worden afgewezen.