Feiten

Werknemer is met ingang van 1 november 2018 in dienst van Garage Solutions B.V. in de functie van monteur. Werknemer heeft zich op 11 april 2020 arbeidsongeschikt gemeld. Op 24 april heeft Garage Solutions werknemer op staande voet ontslagen. Bij beschikking van 22 juni 2020 heeft de kantonrechter de opzegging vernietigd, Garage Solutions veroordeeld werknemer toe te laten tot de bedongen arbeid en tot betaling van het loon, vakantietoeslag en emolumenten te vermeerderen met de wettelijke verhoging van 50%. Werknemer heeft Garage Solutions meerdere malen tevergeefs gesommeerd tot betaling van het loon. Werknemer heeft verder beslag laten leggen op de bankrekening van Garage Solutions. Ook heeft werknemer voorgesteld om te komen tot een beëindiging van het dienstverband, maar daarop heeft Garage Solutions niet meer gereageerd. Werknemer verzoekt de kantonrechter de arbeidsovereenkomst te ontbinden wegens verwijtbaar handelen van de werkgever, Garage Solutions te veroordelen tot betaling van het loon, de transitievergoeding en een billijke vergoeding.

Oordeel

Omdat Garage Solutions zich niet verzet tegen de verzochte ontbinding van de arbeidsovereenkomst, oordeelt de kantonrechter dat deze verzochte ontbinding zal worden toegewezen met ingang van 11 december 2020. De vorderingen met betrekking tot betaling van het loon, de wettelijke verhoging en de wettelijke rente worden afgewezen, omdat Garage Solutions daartoe al is veroordeeld bij beschikking van 22 juni 2020. Omdat Garage Solutions daartegen geen verweer heeft gevoerd, zal zij worden veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 2.859,88 bruto aan transitievergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 januari 2021. De kantonrechter stelt vast dat werkgever niet heeft weersproken dat hij het loon niet betaald heeft, althans niet vrijwillig. Dat sprake is van een moeilijke financiële situatie is geen rechtvaardiging voor het niet of niet tijdig betalen van het loon. De kantonrechter stelt dan ook vast dat werkgever ernstig verwijtbaar heeft gehandeld waardoor de arbeidsovereenkomst is ontbonden. Omdat de ontbinding het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van werkgever is hij aan werknemer een billijke vergoeding verschuldigd. De kantonrechter acht aannemelijk dat de arbeidsovereenkomst nog enige tijd had voortgeduurd als Garage Solutions haar verplichting tot loonbetaling was nagekomen. Dat Garage Solutions deze verplichting niet is nagekomen, is er de oorzaak van dat werknemer om ontbinding van de arbeidsovereenkomst heeft verzocht. Werknemer is verder arbeidsongeschikt en niet is gebleken dat hij ander werk heeft gevonden. Doordat het loon niet is betaald is werknemer in de financiële problemen gekomen. Tot slot is van belang dat Garage Solutions nauwelijks verweer heeft gevoerd, anders dan een verwijzing naar het in de vorige procedure gevoerde verweer. Daarmee heeft Garage Solutions het recht op en de hoogte van de billijke vergoeding niet of nauwelijks betwist. Anderzijds is aannemelijk dat werknemer een uitkering zal verkrijgen in België. Verder zal aan werknemer een transitievergoeding worden toegekend. De kantonrechter acht, gelet op dit alles, een billijke vergoeding van € 12.000 bruto toewijsbaar.