Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Consulting Experts B.V.
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Haarlem), 23 september 2020
ECLI:NL:RBNHO:2020:11629
Toewijzing wettelijke rente en wettelijke verhoging over te laat betaald loon. Wettelijke verhoging gematigd tot 25%, gelet op de geringe grootte en de financiƫle situatie van de werkgever.

Feiten

Werkneemster is van 1 augustus 2018 tot en met 31 juli 2019 bij de rechtsvoorganger van Consulting Experts (Accounting Experts) op basis van een oproepcontract in dienst geweest. Op 1 november 2018 heeft Accounting Experts werkneemster medegedeeld dat zij de arbeidsovereenkomst wenste te beëindigen. Werkneemster is nadien niet meer opgeroepen voor het verrichten van werkzaamheden en heeft in een kortgedingprocedure een loonvordering tegen Accounting Experts ingesteld. Bij voorlopige voorziening heeft deze rechtbank Accounting Experts veroordeeld tot betaling van achterstallig loon en reiskostenvergoeding. Bij e-mail van 2 oktober 2019 heeft werkneemster Consulting Experts gesommeerd een bedrag van € 235,24 aan achterstallig loon te voldoen. Op 24 februari 2020 heeft Consulting Experts het achterstallig loon betaald. In deze procedure verzoekt werkneemster betaling van de wettelijke rente over het te laat betaalde loon over de maanden november 2018 tot en met maart 2019, hetgeen in totaal neerkomt op een bedrag van € 2.777,94.

Oordeel

Vast staat dat Consulting Experts het loon over de maanden november 2018 tot en met maart 2019 te laat aan werkneemster heeft betaald. Ook staat vast dat in ieder geval het loon over de maanden november en december 2018 later dan 30 dagen na de dag waarop het loon verschuldigd werd, is betaald. De kantonrechter oordeelt dat voor de verschuldigdheid van de wettelijke verhoging niet vereist is dat de werkgever schuld heeft aan de vertraging. Het gaat erom of deze vertraging hem is toe te rekenen. Uit vaste rechtspraak volgt dat de wettelijke verhoging mede blijkens de wijze waarop deze moet worden berekend, niet zozeer bedoeld is als een vorm van vergoeding van door de werknemer als een gevolg van de vertraagde uitbetaling geleden schade, maar veeleer als een prikkel voor de werkgever om het loon tijdig uit te betalen. De vordering van werkneemster tot betaling van de wettelijke verhoging over het (inmiddels betaalde) loon over de maanden november 2018 tot en met maart 2019 zal worden toegewezen, omdat het loon niet binnen drie werkdagen na de door artikelen 7:623 en 7:624 lid 1 BW toegestane termijn is betaald. Eveneens wordt de wettelijke verhoging over het inmiddels betaalde loon van € 235,24 toegewezen. De kantonrechter ziet aanleiding om de wettelijke verhoging tot 25% te matigen, gelet op de geringe grootte en de financiële situatie van de werkgever.