Naar boven ↑

Rechtspraak

Stichting Maatvast/werkneemster
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Haarlem), 8 juli 2021
ECLI:NL:RBNHO:2021:6468
Ontbindingsverzoek op de d- dan wel h-grond afgewezen. Geen voldragen ontslaggrond. Herplaatsing naar andere vestiging mogelijk. Ziekte werkneemster kan niet los worden gezien van klachten met betrekking tot functioneren, zodat ook het opzegverbod bij ziekte aan ontbinding in de weg staat.

Feiten

Werkneemster is sinds 1 april 2014 in dienst bij Stichting Maatvast als assistent-sociaal beheerder. Maatvast is een stichting die maatschappelijk vastgoed beheert en exploiteert. Maatvast heeft 26 vestigingen. In februari 2020 heeft werkneemster zich ziek gemeld. De aanleiding hiertoe is onder andere gelegen in een incident dat heeft plaatsgevonden op een van de locaties van Maatvast, waarbij een kok een steekbeweging met een aardappelmesje naar werkneemster heeft gemaakt. Nadat werkneemster meermaals heeft aangegeven dat zij samenwerkingsproblemen ervaart met de sociaal beheerder, hebben partijen op 12 mei 2020 afgesproken zich te zullen inzetten om de samenwerking te verbeteren. In de zomer van 2020 heeft werkneemster zich opnieuw ziek gemeld voor de duur van drie maanden. Op 3 december 2020 heeft de clustermanager in een beoordelingsgesprek vastgesteld dat werkneemster onvoldoende functioneert. In het beoordelingsformulier staan afspraken opgenomen die zien op (1) het opstellen van een verbeterplan door werkneemster, (2) het nemen van verantwoordelijkheid voor haar eigen taken en (3) het verbeteren van haar houding ten opzichte van directe collega’s. Werkneemster heeft het beoordelingsformulier niet ondertekend. Op 8 december 2020 heeft werkneemster zich opnieuw ziekgemeld. Volgens de bedrijfsarts is geen sprake van ziekte, maar van een arbeidsconflict waarbij mediation wordt geadviseerd. Begin 2021 zijn partijen gestart met het mediationtraject. Op 22 februari 2021 heeft Maatvast zich uit dit traject teruggetrokken. Op 25 februari 2021 heeft werkneemster zich opnieuw ziek gemeld. Het UWV heeft op 1 april 2021 geoordeeld dat werkneemster sinds 8 december 2020 niet geschikt is de bedongen arbeid uit te voeren. Ook de bedrijfsarts heeft geoordeeld dat naast het arbeidsconflict sprake is van beperkingen op basis van ziekte en/of gebrek. Maatvast verzoekt thans ontbinding van de arbeidsovereenkomst op de d- dan wel de h-grond.

Oordeel

D-grond: disfunctioneren

De kantonrechter oordeelt dat van een voldragen d-grond geen sprake is. De gesprekken die hebben plaatsgevonden tussen partijen zagen met name op samenwerkingsproblemen en niet op het disfunctioneren van werkneemster. Maatvast heeft onvoldoende onderbouwd welke taken of verantwoordelijkheden werkneemster in haar functie niet voldoende beheerst of welke taken zij niet juist heeft uitgevoerd. Dat er aandachtspunten naar voren zijn gebracht in een beoordelingsgesprek, betekent niet dat sprake is van disfunctioneren. Voor iedere werknemer geldt dat er aandachtspunten zijn in het functioneren. Van een adequaat verbetertraject is bovendien geen sprake. Maatvast heeft werkneemster aan haar lot overgelaten door haar zelf een verbeterplan te laten opstellen. Het ontbindingsverzoek op de d-grond wordt afgewezen.

H-grond: andere omstandigheden

Maatvast heeft ter onderbouwing van het verzoek op de h-grond geen andere feiten en omstandigheden naar voren gebracht dan die aan de d-grond ten grondslag zijn gelegd. Nu de h-grond niet is bedoeld als reparatiegrond, ziet de kantonrechter geen aanleiding de arbeidsovereenkomst op deze grond te ontbinden.

Herplaatsing en opzegverbod

Ook is de kantonrechter van oordeel dat herplaatsing binnen een redelijke termijn nog mogelijk is. Maatvast heeft 26 vestigingen en bij elke vestiging is een assistent-beheerder (de functie van werkneemster) werkzaam. Verder staat het opzegverbod bij ziekte aan ontbinding in de weg. De ziekte van werkneemster kan naar het oordeel van de kantonrechter niet los worden gezien van de klachten met betrekking tot haar functioneren. Afwijzing van het ontbindingsverzoek volgt.