Rechtspraak
Gerechtshof Amsterdam (Locatie Amsterdam), 27 juli 2021
ECLI:NL:GHAMS:2021:2322
Feiten
Werknemer is op 28 november 2018 in dienst getreden bij Netjets als piloot. In de arbeidsovereenkomst is bepaald dat er geen vaste werkplaats is. Verder is bepaald dat werknemer een luchthaven c.q. “gateway” moet selecteren van waaruit hij naar zijn vliegtuig wordt gebracht, om de werkzaamheden uit te voeren. Werknemer vertrekt vanaf de luchthaven Schiphol of met een vliegtuig van Netjets, waarvan hij de piloot is, of hij gaat mee met een lijnvlucht naar een andere luchthaven waar hij met een toestel van Netjets zijn “tour” (dienst van zes dagen achtereen) start. In een brief van 16 oktober 2018 van Netjets aan werknemer met een aanbod voor indiensttreding, staat als gateway EHAM Amsterdam Airport vermeld. Werknemer ontvangt van medewerkers van Netjets in Portugal per e-mail en via een app op zijn iPad instructies voor de vluchten van zijn dienst. Bij brief van 18 mei 2020 heeft Netjets de arbeidsovereenkomst van werknemer per direct beëindigd met betaling van een statutory redundancy pay en een payment in lieu of outstanding notice ter hoogte van drie maandsalarissen. Werknemer heeft in eerste aanleg verzocht om betaling van diverse vergoedingen. De kantonrechter heeft geconcludeerd dat de plaats van waaruit werknemer gewoonlijk werkte niet kan worden vastgesteld, zodat ex artikel 21 lid 1 sub b onderdeel ii Brussel I-bis Verordening voor de bevoegdheid van de rechter de vestiging van indienstneming bepalend is, namelijk Londen. De kantonrechter heeft zich daarom onbevoegd verklaard om van de verzoeken van werknemer kennis te nemen. Werknemer komt op tegen deze beslissing.
Oordeel
Bij het bepalen van de plaats ‘van waaruit’ werknemer het belangrijkste deel van zijn verplichtingen jegens Netjets vervulde, is allereerst van belang dat werknemer zijn opdrachten voor Netjets verricht vanaf Schiphol en daar na elke tour ook weer terugkeert. Werknemer ontvangt instructies voor opdrachten van Netjets thuis via de e-mail of de app op zijn iPad. Na accordering van een opdracht zorgt werknemer ervoor dat hij in zijn Netjets-uniform op de afgesproken tijd op Schiphol aanwezig is. Werknemer begint zijn tour vanaf Schiphol of met een vliegtuig van Netjets, waarvan hij de piloot is, of hij gaat mee met een lijnvlucht naar een andere luchthaven waar hij met een toestel van Netjets zijn tour start. De plaats waar de vliegtuigen gestationeerd zijn, kan niet ondubbelzinnig worden vastgesteld, omdat de plaats waar de vliegtuigen van Netjets zich bevinden, wijzigt. Dit flexibele businessmodel betekent evenwel niet dat de plaats van waaruit werknemer gewoonlijk werkt niet kan worden gelokaliseerd. Werknemer begint en eindigt in de regel een tour vanaf Schiphol. Tot het begin van een tour en na afloop daarvan moet de piloot voor eigen vervoer en onderdak zorgen, op eigen kosten. Gedurende een tour neemt Netjets vanaf de thuisbasis de zorg voor vervoer en accommodatie over en betaalt de daarmee gemoeide kosten. De thuisbasis van werknemer is derhalve Schiphol, waarbij niet van belang is dat deze (in theorie) op verzoek van de werknemer kan worden gewijzigd. Nu de verzoeken van werknemer geen nauwere aanknopingspunten hebben met een andere plaats dan die van de thuisbasis dient de plaats ‘van waaruit’ werknemer het belangrijkste deel van zijn verplichtingen jegens Netjets vervulde te worden vastgesteld op Schiphol, zodat de Nederlandse rechter bevoegd is. Het hof verwijst de zaak naar de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem.