Naar boven ↑

Rechtspraak

Stichting MAC Vliegers/Vereniging Nederlandse Verkeersvliegers; Koninklijke Luchtvaart Maatschappij N.V.
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Haarlem), 28 oktober 2021
ECLI:NL:RBNHO:2021:9524
Afwijzing voorlopige voorzieningen voor vrachtvliegers over geschil omtrent de uitvoering van de uitspraak van het hof – na terugverwijzing door de Hoge Raad – dat de vliegers op grond van overgang van onderneming in dienst zijn bij KLM.

Feiten

Bij arrest van 8 juni 2021 heeft het gerechtshof Den Haag, na terugverwijzing door de Hoge Raad op 29 november 2019, voor recht verklaard dat 116 (oud)vrachtvliegers van Martinair met ingang van 1 januari 2014 op grond van overgang van onderneming van rechtswege in dienst zijn van Koninklijke Luchtvaart Maatschappij N.V. (hierna: KLM). Bij hetzelfde arrest is Vereniging Nederlandse Verkeersvliegers (hierna: VNV) veroordeeld om de gevolgen van de toewijzing van de vorderingen jegens KLM te gehengen en te gedogen. Op 2 juli 2021 is Stichting MAC Vliegers (hierna: SMV) opgericht. Het doel van de stichting is onder andere: ‘het behartigen van de belangen van 116 vliegers die arbeidsovereenkomsten hadden met Martinair en waarvan hun rechten en verplichtingen voortvloeiende uit die arbeidsovereenkomsten zijn overgegaan op KLM blijkens het arrest van 8 juni 2021’. Bij brief van 8 juli 2021 aan VNV heeft KLM opgesomd welke verplichtingen volgens haar uit het arrest voortvloeien ten aanzien van de tewerkstelling en de toepasselijke arbeidsvoorwaarden. Ook heeft KLM VNV bericht dat zij met ingang van 1 januari 2014 zal toetreden tot de cao Martinair en dat artikel 1.15 van de Martinair-cao moet worden gewijzigd. Bij brief van dezelfde datum heeft VNV KLM bericht dat zij het eens is met de inhoud van de brief van KLM. Een afschrift van deze brieven naar Martinairis gestuurd. Bij brief van 12 juli 2021 heeft KLM de vrachtvliegers die daarop aanspraak maakten tewerkstelling aangeboden met verwijzing naar het arrest van 8 juni 2021. Bij brief van 13 juli 2021 heeft SMV KLM bericht dat de inhoud van de brief aan de vrachtvliegers niet (volledig) voldoet aan de verplichtingen die volgens SMV voor KLM voortvloeien uit het arrest. SMV heeft verzocht de brief aan te passen. Daarna hebben (de gemachtigden van) SMV en KLM uitvoerig gecorrespondeerd over de vraag of het aanbod van KLM wel of niet voldoet aan het arrest. Bij Martinair gold van 1 januari 2012 tot 31 december 2013 de Martinair-cao. Vanaf 1 januari 2017 zijn steeds nieuwe (opvolgende) Martinair-cao’s tot stand gekomen. SMV is het niet eens met de wijze waarop KLM en VNV uitvoering geven aan het arrest (na verwijzing). De gevraagde voorzieningen zien op de communicatie van VNV over het arrest, het aanbod van KLM aan de vrachtvliegers, de aanpassing van de Martinair-cao en de toepasselijke cao alsmede een loonvordering.

Oordeel

Het spoedeisend belang moet voor alle voorzieningen afzonderlijk worden vastgesteld. Duidelijk is dat partijen in deze procedure van mening verschillen over een aantal rechtsvragen waarop het antwoord niet zonder meer duidelijk is. Dat in een kort geding rechtsvragen in het geding zijn waarop het antwoord niet evident is, betekent niet dat er geen spoedeisend belang is of kan zijn, maar wel dat er een zekere behoedzaamheid moet worden betracht bij toewijzing van die gevraagde voorzieningen.

Voorzieningen met betrekking tot de communicatie

Al deze voorzieningen worden op inhoudelijke gronden geweigerd. Het blijkt nergens uit dat VNV iets heeft gedaan of nagelaten waardoor KLM niet aan haar verplichtingen uit het arrest kon voldoen. Uit het arrest blijkt niet dat VNV zich niet uit mag laten over (de inhoud van) het aanbod van KLM aan de vrachtvliegers. Een dergelijke veroordeling lag ook niet voor de hand, omdat VNV als vakbond de belangen van vliegers van verschillende maatschappijen behartigt.

Voorzieningen met betrekking tot het aanbod van KLM

Deze voorzieningen zullen worden geweigerd. Het arrest verplicht KLM een aanbod te doen. Het gebod dat SMV vraagt, is dan ook in strijd met het dictum van het arrest. Anders dan SMV is de voorzieningenrechter vooralsnog van oordeel dat zij niet verwacht dat de bodemrechter zal oordelen dat KLM met de aanbiedingen die zij aan de verschillende vrachtvliegers heeft gedaan niet heeft voldaan aan het arrest.

Voorzieningen met betrekking tot de aanpassing van de Martinair-cao

De voorziening tot vernietiging van het besluit om de Martinair-cao aan te passen zal worden afgewezen, omdat vernietiging van een besluit een dermate constitutief karakter heeft dat dit in een voorlopige voorziening niet aan de orde kan zijn. Alhoewel de handelwijze van KLM om met terugwerkende kracht per 1 januari 2014 partij te worden bij de geëxpireerde (of opgezegde?) Martinair-cao en vervolgens de werkingssfeerbepaling te verruimen in strijd lijkt te zijn met de rechtszekerheid, zal de gevraagde voorziening worden geweigerd. Een eventuele veroordeling van VNV om de wijziging van de Martinair-cao ongedaan te maken, leidt onherroepelijk tot executieproblemen.

Martinair-cao of KLM-cao?

Met deze voorzieningen vraagt SMV de voorzieningenrechter in feite een oordeel over welke cao na de overgang op de vrachtvliegers van toepassing is. Op deze vraag zal in het kader van deze voorlopige voorziening geen antwoord worden gegeven. SMV heeft met betrekking tot deze voorzieningen geen spoedeisend belang gesteld en het spoedeisend belang is de voorzieningenrechter ook niet impliciet gebleken. KLM past op de overgegane vrachtvliegers de Martinair-cao en de Martinairpensioenregeling toe, zodat de vrachtvliegers er door de overgang van onderneming niet op achteruit zijn gegaan of zullen gaan. Zij zullen houden wat zij voor 1 januari 2014 hadden. Er bestaat geen aanleiding om op een beslissing in een bodemprocedure vooruit te lopen. Daarbij komt dat bij toewijzing van deze voorzieningen ten gunste van SMV en ten nadele van KLM het risico niet ondenkbaar is dat deze voorzieningen niet in overeenstemming blijken met de rechtsverhouding tussen partijen zoals die na diepgaander onderzoek in een bodemprocedure kan worden vastgesteld. Ten aanzien van de verzochte voorziening om VNV te verbieden de gewijzigde Martinair-cao toe te passen wordt opgemerkt dat in een cao (en ook de Martinair-cao) merendeels verplichtingen staan waaraan de werkgever uitvoering moet geven. Een veroordeling van VNV leidt er niet toe dat aan die werkgeversverplichtingen geen uitvoering wordt gegeven. Voor zover de Martinair-cao verplichtingen bevat die door VNV moeten worden uitgevoerd, heeft SMV nagelaten aan te duiden op welke verplichtingen haar voorziening ziet.