Feiten

Werknemer heeft in 2004 de stichting Theater Initiative Back Up (hierna: Back Up) opgericht. Werknemer heeft conform de statuten een driekoppig bestuur benoemd en voorts zichzelf als eerste artistiek leider van Back Up benoemd. Sinds 11 december 2014 is de heer X voorzitter van Back Up. In 2017 is werknemer per 1 januari 2017 als artistiek leider bij Back Up in dienst getreden. Hiervan is geen schriftelijke overeenkomst overgelegd. Op 3 april 2018 hebben werknemer en Back Up een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van één jaar getekend waarbij werknemer per 1 april 2018 in dienst trad. Op 9 oktober 2018 heeft werknemer met twee anderen de stichting Treehouse NDSM (hierna: Treehouse) opgericht. Werknemer is op 1 november 2019 in dienst getreden van Treehouse als artistiek leider. In de arbeidsovereenkomst is opgenomen dat deze van rechtswege zou eindigen op 31 mei 2020. Bij e-mail van 1 juni 2020 is bevestigd dat de arbeidsovereenkomst werd verlengd met één maand. Bij e-mail van 24 juni 2020 heeft Treehouse werknemer geschreven dat zijn arbeidsovereenkomst na 1 juli 2020 niet werd verlengd. Werknemer verzoekt de kantonrechter de opzegging door Treehouse te vernietigen en het dienstverband te herstellen.

Oordeel

De kantonrechter stelt vast dat de vraag voorligt of Treehouse moet worden gezien als opvolgend werkgever van Back Up. Werknemer heeft toegelicht hoe de oprichting van Treehouse is gegaan. In 2017 deed zich de mogelijkheid voor het werk van Back Up te legaliseren en te subsidiëren, onder voorwaarde van verdere uitbouw en professionalisering. Back Up is begonnen met het realiseren van drie theaterstudio’s, die zij verhuurde aan derden. Het aantal studio’s is vervolgens met verbouwde zeecontainers, schaftketen en portocabines uitgebreid tot 40 verhuurbare studio’s. Deze studio’s bevinden zich op nagenoeg dezelfde plek als het huidige containercomplex Treehouse. Nadat de subsidie rond was, is een belangrijk deel van de activiteiten van Back Up overgegaan naar het in oktober 2018 opgerichte Treehouse. Ook de 40 studio’s van Back Up (en daarmee de inkomsten uit de verhuur van deze studio’s) zijn overgegaan naar Treehouse. Uit deze beschrijving volgt dat de verwevenheid tussen beide stichtingen – nog los van de bij de stichtingen betrokken personen – groot is. Treehouse wordt dan ook niet gevolgd in haar standpunt dat zij geheel los moet worden gezien van en een wezenlijk andere organisatie is dan Back Up. De omstandigheid dat Treehouse en Back Up juridisch gezien op zichzelf staande entiteiten zijn dan wel dat het bestuur van Treehouse geen enkele betrokkenheid zou hebben bij Back Up is, wat daar ook van zij, op dit punt niet van doorslaggevend belang. De activiteiten van Treehouse zijn na de oprichting, mede dankzij subsidies, steeds verder uitgebreid en inmiddels beschikt Treehouse over 110 werkruimtes. Door de schaalgrootte is de organisatie volgens werknemer weliswaar gewijzigd, maar de aard van zijn werkzaamheden als artistiek leider is niet veranderd. Op grond van het voorgaande staat dan ook voldoende vast dat de aard van de werkzaamheden die werknemer bij Treehouse uitvoert hetzelfde is gebleven. Gelet op de verwevenheid tussen de werkgevers en de niet veranderde aard van de werkzaamheden is de conclusie dat Treehouse ten aanzien van de door werknemer verrichte werkzaamheden redelijkerwijze moet worden geacht de opvolger van Back Up te zijn. Dat betekent dat de ketenregeling van overeenkomstige toepassing is op de bewuste arbeidsovereenkomsten. Nu deze elkaar hebben opgevolgd en in totaal, vanaf 1 januari 2017, een periode van 36 maanden hebben overschreden geldt de laatste arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. De opzegging van Treehouse is daarmee niet rechtsgeldig, zodat de verzoeken van werknemer worden toegewezen.