Rechtspraak
Rechtbank Rotterdam (Locatie Dordrecht), 7 april 2022
ECLI:NL:RBROT:2022:2619
Feiten
Werknemer is op 24 oktober 2019 in dienst getreden bij RD Metals B.V. (hierna: RD Metals) in de functie van vrachtwagenchauffeur. Op 20 mei 2021 heeft werknemer zich ziek gemeld wegens klachten aan zijn voet, knie en onderrug. Werknemer is op 2 augustus 2021 begonnen met vervangende werkzaamheden bij RD Metals. Op 5 augustus 2021 heeft werknemer zich weer ziek gemeld. De bedrijfsarts acht werknemer geschikt voor het verrichten van vervangende werkzaamheden. RD Metals heeft met ingang van 13 september 2021 een loonstop toegepast omdat werknemer geen gehoor heeft gegeven aan de oproep om vervangende werkzaamheden te verrichten. Op advies van de bedrijfsarts heeft RD Metals per brief van 30 september 2021 opgeroepen om passende werkzaamheden te gaan verrichten bij Steel Solutions International (hierna: SSI). Werknemer heeft per brief van 1 oktober geantwoord dat hij niet naar SSI zal gaan en dat hij zich beschikbaar houdt voor bijstelling van het plan van aanpak en een oproep voor het in te schakelen re-integratiebedrijf. Uit het rapport van het arbeidsdeskundig onderzoek van 12 oktober 2021 blijkt dat werkzaamheden bij SSI voldoen aan het advies van de bedrijfsarts. RD Metals heeft werknemer op 14 oktober 2021 opgeroepen om zich op 18 oktober 2021 te melden bij SSI. Werknemer heeft geen gehoor gegeven aan deze oproep. Op 26 oktober 2021 heeft RD Metals een deskundigenoordeel aangevraagd bij het UWV. Het UWV oordeelt dat werknemer onvoldoende meewerkt aan zijn re-integratie. Het aangeboden vervangende werk bij SSI is passend en de verzekeringsarts ziet geen medische redenen waarom werknemer het aangeboden werk niet zou kunnen verrichten. RD Metals heeft het loon over de periode 13 september 2021 tot 4 oktober 2021 aan werknemer betaald. Op 11 februari 2022 heeft RD Metals werknemer nogmaals opgeroepen om passende werkzaamheden te gaan uitvoeren bij SSI. Werknemer heeft nogmaals nagelaten om hieraan gehoor te geven. Werknemer vordert in kort geding uitbetaling van het salaris vanaf 4 oktober 2021.
Oordeel
Het spoedeisend belang volgt uit het feit dat werknemer vanaf 4 oktober 2021 geen loon meer ontvangt.
De loonstop van 4 oktober tot 18 oktober 2021
Werknemer heeft geen gehoor gegeven aan de oproep van RD Metals van 30 september 2021 om re-integratiewerkzaamheden te gaan uitvoeren bij SSI. Werknemer stelt dat hij op dat moment onbekend was met de visie van de bedrijfsarts en de arbeidsdeskundige over zijn benutbare mogelijkheden en het werkplekonderzoek. Hij zou hier pas bekend mee zijn geworden met het rapport van het arbeidsdeskundig onderzoek van 12 oktober 2021. RD Metals betwist dit. Partijen staan op dit punt lijnrecht tegenover elkaar waardoor nadere bewijslevering nodig is. Voor bewijslevering is in kort geding geen ruimte waardoor niet kan worden vastgesteld of werknemer pas na ontvangst van het rapport van 12 oktober 2021 kennis heeft genomen van de uitkomsten van het werkplekonderzoek bij SSI. Het kan werknemer dus ook niet worden verweten dat hij op 4 oktober 2021 niet aan de slag is gegaan bij SSI.
Loonstop vanaf 18 oktober 2021
Werknemer heeft ook geen gehoor gegeven aan de tweede oproep van RD Metals om re-integratiewerkzaamheden bij SSI te gaan uitvoeren per 18 oktober 2021. Werknemer is het niet eens met het oordeel van de bedrijfsarts en de uitkomsten van het werkplekonderzoek van 30 september 2021. Werknemer heeft nadere medische stukken in het geding gebracht, maar volgens de kantonrechter leiden die niet tot het oordeel dat werknemer zich terecht op het standpunt stelt dat hij niet in staat is om vervangende werkzaamheden bij SSI te gaan verrichten, in afwijking op de adviezen van de bedrijfsarts en de arbeidsdeskundige. De vordering van werknemer tot doorbetaling van het loon wordt afgewezen.