Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemster/AZR Installaties
Rechtbank Rotterdam (Locatie Rotterdam), 1 juni 2022
ECLI:NL:RBROT:2022:4607
Kort geding. Werkneemster heeft recht op loondoorbetaling bij ziekte van werkgever die niet in het geding verschenen is.

Feiten 

Werkneemster is sinds 13 september 2021 op basis van een arbeidsovereenkomst voor de duur van twaalf maanden in dienst bij AZR Installaties (hierna: AZR) als planner/werkvoorbereider. Op de arbeidsovereenkomst is de Cao voor Metaal en Techniek Installatiebedrijf van toepassing. Op 4 januari 2022 heeft werkneemster zich ziek gemeld. Na sommaties van werkneemster heeft AZR alsnog het salaris over de maanden januari en februari 2022 aan haar uitbetaald. Bij e-mailberichten van 4 en 19 april 2022 heeft werkneemster AZR gesommeerd tot uitbetaling van het loon over de maand maart 2022 en de toekomstige maanden, zolang het dienstverband voortduurt en niet rechtsgeldig is geëindigd. AZR heeft geen gehoor gegeven aan deze sommaties. Werkneemster vordert aldus onder meer de uitbetaling van het brutoloon over de genoemde maanden. AZR is niet in het geding verschenen.  

Oordeel 

De kantonrechter oordeelt als volgt. Bij gebreke van verweer van de zijde van AZR wordt uitgegaan van de juistheid van de stellingen van werkneemster. Werkneemster heeft ingevolge artikel 7:629 BW recht op loondoorbetaling bij ziekte. In artikel 67 van de op de arbeidsovereenkomst van toepassing zijnde cao is bepaald dat een werkgever de eerste zes maanden 100% van het salaris en de volgende 18 maanden 90% van het salaris betaalt. Dit betekent dat, indien het dienstverband van werkneemster vanaf 4 juli 2022 (nog) voortduurt en zolang werkneemster nog steeds wegens ziekte arbeidsongeschikt is, AZR 90% van het salaris aan haar dient te betalen.