Feiten

Werkneemster is in 2018 in dienst getreden bij United Fashion Benelux v.o.f. (hierna: Style Italy). Op 8 mei 2020 heeft werkneemster zich (via haar gemachtigde) ziekgemeld bij Style Italy. Style Italy heeft een ontslagaanvraag ingediend bij het UWV. Het UWV heeft toestemming om de arbeidsovereenkomst op te zeggen geweigerd. In eerste aanleg heeft Style Italy verzocht de arbeidsovereenkomst te ontbinden wegens een verstoorde arbeidsverhouding. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden. Het verzoek van werkneemster om toekenning van een billijke vergoeding is afgewezen, omdat werkneemster onvoldoende heeft gesteld om te kunnen oordelen dat de ontbinding c.q. de verstoorde arbeidsverhouding het gevolg is van ernstige verwijtbaarheid van Style Italy. In hoger beroep verzoekt werkneemster opnieuw om toekenning van de billijke vergoeding.

Oordeel

Het hof oordeelt dat Style Italy ernstig verwijtbaar heeft gehandeld en dat als gevolg daarvan de arbeidsverhouding is verstoord en de arbeidsovereenkomst is ontbonden. Daartoe overweegt het hof het volgende. In een eerdere procedure heeft Style Italy werkneemster ongegrond verweten leugenachtig te hebben verklaard en te hebben geprobeerd door middel van een doortrapte strategie loonbetalingen te verkrijgen. Deze verwijten moeten naar het oordeel van het hof zonder meer als ernstig worden aangemerkt. Daarnaast heeft Style Italy niet (volledig) aan haar loonbetalingsverplichting bij ziekte voldaan. Style Italy is vanaf begin 2020 zonder goede grond uit geweest op beëindiging van het dienstverband. Style Italy heeft aldus ernstig verwijtbaar gehandeld. De ontbinding van de arbeidsovereenkomst is daarvan het gevolg geweest. Het voorgaande brengt mee dat werkneemster recht heeft op een billijke vergoeding. Werkneemster heeft onder verwijzing naar de New Hairstyle-beschikking gemotiveerd verzocht om een billijke vergoeding van € 18.544 bruto. Style Italy heeft dit niet weersproken en zich ook niet anderszins uitgelaten over de hoogte van een eventueel aan werkneemster toe te kennen billijke vergoeding. Het hof is van oordeel dat het verzochte totaalbedrag van € 18.544 bruto toewijsbaar is. Daarbij laat het hof meewegen dat werkneemster nog steeds arbeidsongeschikt is en een Ziektewetuitkering ontvangt.