Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/CCC Thuis in Zorg B.V.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant (Locatie Tilburg), 1 maart 2023
ECLI:NL:RBZWB:2023:1999
Het door werkneemster opgevatte ontslag op staande voet is onterecht gegeven. Na ziekmelding is loondoorbetaling stopgezet. Geen sprake van ontslag op staande voet waardoor loon moet worden doorbetaald.

Feiten

Werkneemster is op 1 juli 2021 voor één jaar bij CC Thuis in Zorg B.V. in dienst getreden. Op 1 mei 2022 zijn partijen met elkaar een nieuwe arbeidsovereenkomst aangegaan, op grond waarvan werkneemster tot en met 30 april 2023 voor CCC Thuis in Zorg werkzaam zou zijn. Na 19 september 2022 heeft werkneemster geen werkzaamheden meer verricht. CCC Thuis in Zorg en werkneemster hebben nadien op 21 september 2022 via WhatsApp met elkaar gecorrespondeerd. Vanaf 25 oktober 2022 is werkneemsters toegang tot digitale systemen en de WhatsAppgroep van het werk geblokkeerd. Vanaf november 2022 is werkneemster niet meer ingeroosterd voor werk. Op 28 oktober 2022 ontving werkneemster van CCC Thuis in Zorg zonder toelichting een bedrag van € 1.836 op haar bankrekening. Werkneemster verzoekt onder meer het door CCC Thuis in Zorg verleende ontslag op staande voet te vernietigen en CCC Thuis in Zorg te veroordelen tot het betalen van diverse vergoedingen. Werkneemster verzoekt ook CCC Thuis in Zorg te veroordelen tot het betalen van loon vanaf 19 september 2022, te vermeerderen met de wettelijke rente. 

Oordeel

Werkneemster leidt uit de omstandigheden af dat aan haar ontslag op staande voet is verleend. Werkneemster heeft zich op 19 september 2022 ziekgemeld. Op 21 september 2022 heeft CCC Thuis in Zorg werkneemster opgeroepen om naar het werk te komen voor een gesprek. Werkneemster is nooit opgeroepen om door de bedrijfsarts te worden gezien. Van collega’s heeft zij vernomen dat zij op staande voet is ontslagen. Volgens de bestuurder van CCC Thuis in Zorg is op 19 september 2022, nadat werkneemster niet was ingegaan op het verzoek om in gesprek te gaan, met onmiddellijke ingang ontslag verleend. De kantonrechter is van oordeel dat niet kan worden vastgesteld dat aan werkneemster rechtsgeldig ontslag is verleend. Niet kan worden vastgesteld dat de arbeidsovereenkomst op enig moment is beëindigd. Mocht worden geoordeeld dat sprake is van een dringende reden, dan is niet aangetoond dat het ontslag onverwijld is gegeven. Van een rechtsgeldig ontslag op staande voet is dus geen sprake geweest. De arbeidsovereenkomst duurt nog voort. Het verzoek tot vernietiging van het ontslag op staande voet en het verzoek tot veroordeling van CCC Thuis in Zorg tot het betalen van diverse vergoedingen worden afgewezen. Werkneemster heeft recht op loon, te vermeerderen met de wettelijke verhoging en de wettelijke rente. CCC Thuis in Zorg wordt veroordeeld in de kosten van deze procedure.