Feiten

Werkneemster is op 14 september 2020 bij Wijndomein Sint Martinus B.V. in dienst getreden, meest recent op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. Wijndomein Sint Martinus heeft het dienstverband per 14 juli 2022 beëindigd, omdat werkneemster ondanks herhaald verzoek daartoe van Wijndomein Sint Martinus, heeft nagelaten zich als ingezetene bij de gemeente te laten registreren. Werkneemster verzoekt onder meer Wijndomein Sint Martinus te veroordelen tot het betalen van het door haar te weinig ontvangen loon, de opgebouwde maar niet genoten verlofuren, de transitievergoeding en de aanzegvergoeding. Wijndomein Sint Martinus heeft verzocht werkneemster te veroordelen tot het betalen van de te veel betaalde vakantie-uren.

Oordeel

Dat werkneemster niet als ingezetene in de Basisregistratie Personen staat ingeschreven, is geen reden voor Wijndomein Sint Martinus om werkneemster niet toe te laten tot de werkzaamheden. De verplichting om zich in te schrijven als ingezetene werkt immers niet door in de verhouding van de werknemer tot de werkgever. De arbeidsovereenkomst is derhalve niet rechtsgeldig geëindigd per 14 juli 2022 en aldus van rechtswege pas geëindigd op 27 november 2022. Wijndomein Sint Martinus is gehouden het loon aan werkneemster door te betalen tot en met 27 november 2022. Werkneemster heeft recht op een transitievergoeding nu niet is gebleken dat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten aan de zijde van werkneemster die tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst heeft geleid. Wijndomein Sint Martinus is haar aanzegverplichting niet nagekomen. Het betoog van Wijndomein Sint Martinus dat de arbeidsovereenkomst conform artikel 3 reeds bij aanvang is aangezegd, is niet juist. Artikel 3 bevat geen duidelijke en ondubbelzinnige aanzegging van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Wijndomein Sint Martinus is daarom een vergoeding verschuldigd gelijk aan het bedrag van het loon van één maand. Nu werkneemster de vergoeding van de opgebouwde maar niet genoten vakantiedagen en Wijndomein Sint Martinus haar zelfstandig verzoek met betrekking tot de vergoeding van te veel genoten vakantie-uren hebben ingetrokken, behoeven deze vorderingen geen verdere bespreking. Wijndomein Sint Martinus wordt veroordeeld in de proceskosten.