Feiten 

Werknemer is in 2007 in dienst getreden bij SGS Nederland B.V. (hierna: SGS). In de arbeidsovereenkomst van werknemer is opgenomen dat de 'Arbeidsvoorwaarden en huisregels van ALcontrol Laboratories' van toepassing zijn. In de Arbeidsvoorwaarden en huisregels van ALcontrol Laboratories is bepaald dat werknemer recht heeft op vakantietoeslag, zijnde 8% van het basis (parttime) jaarsalaris. Op 20 september 2016 is verduidelijkt dat de ploegentoeslag inclusief vakantiegeld is. Werknemer heeft in eerste aanleg gevorderd SG te veroordelen te betalen de vakantietoeslag over het door werknemer ontvangen bedrag aan ploegentoeslag, overwerkvergoeding en bonus over de afgelopen vijf jaren. De rechtbank heeft de vorderingen van werknemer grotendeels toegewezen. SGS vordert in hoger beroep dat het hof het bestreden vonnis vernietigt, de vorderingen van werknemer alsnog integraal afwijst en werknemer veroordeelt aan SGS terug te betalen wat zij aan hem ter uitvoering van dat vonnis heeft betaald. Volgens SGS heeft zij altijd al vakantiebijslag betaald over de diverse toeslagen doordat deze in de toeslagen en overwerkvergoeding was verdisconteerd. 

Oordeel

Het hof beoordeelt of de vakantiebijslag al is begrepen in de betaalde bedragen aan ploegentoeslag, de overwerkvergoeding en de bonustoeslag van 2016 (hierna: de toeslagen), dus ‘all-in’ waren of dat deze bedragen nog verhoogd moeten worden met 8% en alsnog aanvullend moeten worden betaald. Volgens SGS is vanaf het begin van indiensttreding van werknemer de vakantiebijslag van werknemer inbegrepen in de toeslagen en uitbetaald. Volgens artikel 7:626 BW moet de werkgever bij elke voldoening van het in geld vastgestelde loon de werknemer een schriftelijke of elektronische opgave verstrekken van het loonbedrag en de gespecificeerde bedragen waaruit dit is samengesteld. Tussen partijen staat vast dat in de loonstroken van werknemer geen specificatie met betrekking tot de vakantiebijslag over de toeslagen is opgenomen. SGS heeft onvoldoende concreet en feitelijk onderbouwd dat de verdiscontering altijd al gebruikelijk en duidelijk was en dat dit gebruik tot gevolg heeft dat werknemer aan die verdiscontering is gebonden. Hef hof verwerpt daarom het standpunt van SGS dat tussen partijen is afgesproken dat de vakantietoeslag was verdisconteerd in de uitbetaling van de toeslagen, omdat dit gebruikelijk was. Volgens SGS is werknemer gebonden aan de Arbeidsvoorwaarden door de werking van het in de arbeidsovereenkomst opgenomen dynamische incorporatiebeding. Het hof verwerpt dit standpunt van SGS. Het incorporatiebeding is een beding in de zin van 7:613 BW en heeft dus niet tot gevolg dat werknemer op voorhand en automatisch is gebonden aan met de ondernemingsraad overeen te komen wijzigingen van de Arbeidsvoorwaarden. De instemming van de ondernemingsraad kan in de weging van artikel 7:613 BW een in aanmerking te nemen omstandigheid zijn, maar ook niet meer dan dat. Uit het voorgaande volgt dat werknemer nog recht heeft op verhoging van de toeslagen met 8% vakantiebijslag en op de uitbetaling daarvan. Het beroep van SGS op de maatstaven van redelijkheid en billijkheid maakt het voorgaande niet anders.