Rechtspraak
Feiten
Werkgeefster drijft een onderneming die onder meer transportwerkzaamheden verricht. De bestuurder van werkgeefster is een bv. De bestuurders van die holding zijn tevens directeur van bedrijf X te Polen. Werkgeefster valt onder de werkingssfeer van de algemeen verbindend verklaarde cao Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen (hierna: de cao). FNV heeft het toezicht op de naleving van de cao opgedragen aan de stichting VNB (hierna: VNB). VNB heeft werkgeefster op grond van artikel 78 van de cao herhaaldelijk verzocht en uiteindelijk ook gesommeerd bepaalde stukken over te leggen. FNV vordert onder meer een verklaring voor recht dat werkgeefster in de periode 29 september 2021 tot en met 31 december 2022 en in de periode 13 januari 2023 tot en met 31 december 2023 gehouden is/was om de cao na te leven, dat de chauffeurs die in loondienst zijn van bedrijf X, maar door werkgeefster tewerkgesteld worden feitelijk in dienst zijn bij werkgeefster en daardoor onder de werkingssfeer van de cao vallen en dat werkgeefster wordt veroordeeld tot naleving van de cao ten aanzien van de artikelen 19, 25, 26a, 29, 40, 67a en 68. Ook vordert FNV een schadevergoeding van € 25.000.
Oordeel
De kantonrechter is met FNV van oordeel dat werkgeefster nog altijd niet heeft aangetoond dat sprake is van een correcte naleving van de cao. Nu werkgeefster niet heeft aangetoond dat zij over de controleperiode de artikelen 19, 25, 26a, 29, 40, 67a en 68 van de cao heeft nageleefd, gaat de kantonrechter ervan uit dat dit niet het geval is en dat werkgeefster over latere periodes evenmin de cao correct heeft nageleefd. Dit leidt ertoe dat de gevorderde verklaring voor recht dat werkgeefster gehouden was en is tot naleving van de cao, toewijsbaar is. Dit geldt ook voor de gevorderde veroordeling tot naleving van de cao, voor zover deze de werknemers betreft die op papier een dienstbetrekking bij werkgeefster hebben (gehad). De kantonrechter gaat ervan uit dat de chauffeurs die in dienst zijn bij bedrijf X feitelijk onder het gezag van werkgeefster in Nederland werkzaamheden verrichten. Werkgeefster heeft erkend dat haar adres een virtueel postadres betreft. Werkgeefster heeft naar het oordeel van de kantonrechter bovendien geen plausibele verklaring gegeven voor het feit dat bij de Poolse instantie die de communautaire vervoersvergunningen verstrekt, op naam van bedrijf X slechts één voertuig geregistreerd staat, terwijl werkgeefster heeft verklaard dat bij bedrijf X 21 chauffeurs werkzaam zijn. Omdat werkgeefster niet heeft aangetoond dat zij de cao correct heeft nageleefd, is zij jegens FNV schadeplichtig. De kantonrechter acht het gevorderde bedrag van € 25.000 aan schadevergoeding toewijsbaar.