Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/Renoir-Parts B.V.
Rechtbank Rotterdam (Locatie Rotterdam), 8 november 2023
ECLI:NL:RBROT:2023:11272
Kort geding. Omdat het de vraag is of en wanneer het faillissement van werkgeefster zal worden uitgesproken, vordert werkneemster achterstallig en toekomstig loon.

Feiten

Werkneemster is op 3 april 2023 voor onbepaalde tijd in dienst getreden bij Renoir-Parts B.V.  in de functie van klantenservicemedewerkster voor 35 uur per week en tegen een salaris van € 2.837,17 bruto per maand, te vermeerderen met 8% vakantietoeslag. Werkneemster is op 13 juli 2023 wegens ziekte uitgevallen. De bedrijfsarts heeft zowel op 17 augustus 2023 als op 22 september 2023 geconcludeerd dat zij (nog) niet in staat is haar werkzaamheden te hervatten. Renoir-Parts heeft op 18 september 2023 een e-mail aan (onder andere) werkneemster gestuurd waarin zij mededeelt dat zij wegens de slechte financiële situatie van de onderneming, haar faillissement zal gaan aanvragen. Volgens werkneemster heeft Renoir-Parts haar loon over de maand september 2023, ondanks sommatie, nog altijd niet voldaan. Omdat het de vraag is of en wanneer het faillissement van Renoir-Parts zal worden uitgesproken, eist werkneemster dat Renoir-Parts wordt veroordeeld het achterstallige loon over de maand september 2023 en betaling van het maandelijkse loon vanaf 1 oktober 2023 tot het moment dat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig zal zijn geëindigd. Renoir-Parts erkent de vordering maar stelt dat zij niet in staat is het achterstallige loon te betalen. Renoir-Parts is van plan om een melding van betalingsonmacht aan het UWV te doen, zodat het UWV mogelijk (een deel van) de betalingsverplichting kan overnemen.

Oordeel

Omdat Renoir-Parts de vordering en de hoogte daarvan heeft erkend staat deze in voldoende mate vast en is het aannemelijk dat deze in een bodemprocedure zou worden toegewezen. Uit de aard van de zaak - en uit de stelling van werkneemster dat zij door het uitblijven van de loonbetaling schulden moet maken - volgt dat werkneemster een spoedeisend belang heeft bij toewijzing van de veroordeling tot betaling van het achterstallige loon over september 2023. Dat geldt ook voor de veroordeling tot betaling van het loon vanaf oktober 2023 tot het rechtsgeldige einde van de arbeidsovereenkomst. Naar het oordeel van de kantonrechter is in de gegeven omstandigheden immers voldoende aannemelijk dat ook dat loon niet zonder meer zal worden uitbetaald. Dat betekent dat Renoir-Parts wordt veroordeeld het achterstallige loon over september 2023 en het loon vanaf oktober 2023 aan werkneemster te betalen. Omdat de reden van het niet betalen van het loon is gelegen in betalingsonmacht aan de zijde van Renoir-Parts ziet de kantonrechter aanleiding tot matiging van de wettelijke verhoging tot een maximum van 25%.