Feiten

Werknemer is met Horeca Haarlem B.V. een arbeidsovereenkomst voor de bepaalde tijd van 1 april 2023 tot 31 maart 2024 overeengekomen (een nulurencontract). In de arbeidsovereenkomst is een proeftijd van één maand overeengekomen alsmede een tussentijds opzegbeding. Werknemer heeft de arbeidsovereenkomst op 26 april 2023 mondeling opgezegd per 29 april 2023 en dit bevestigd bij e-mail van 27 april 2023. Horeca Haarlem heeft deze opzegging vervolgens bevestigd per e-mail. Werknemer heeft Horeca Haarlem hierna bij herhaling (laatstelijk bij brief van 28 augustus 2023) gesommeerd om het salaris van april 2023, alsmede de vakantietoeslag en een vergoeding voor niet opgenomen vakantie-uren te betalen en om een eindafrekening op te stellen. Horeca Haarlem heeft hierop gereageerd bij brief van 2 september 2023 met de mededeling dat geen betalingen aan werknemer meer openstaan, nu de opzegtermijn (van één kalendermaand) niet in acht is genomen en dat Horeca Haarlem op geen enkele wijze heeft ingestemd met een eerdere beëindiging, waardoor zij schade heeft geleden. Dit is bij brief van 12 september 2023 door de gemachtigde van werknemer weersproken met de sommatie het gevorderde alsnog binnen 24 uren te voldoen. Hieraan heeft Horeca Haarlem niet voldaan. Werknemer vordert kort en goed dat de kantonrechter bij wijze van voorlopige voorziening Horeca Haarlem veroordeelt tot betaling van het loon over april 2023, vakantietoeslag en de openstaande vakantie-uren.

Oordeel

De kantonrechter zal de vordering toewijzen, omdat deze naar haar aard spoedeisend is, in deze procedure niet is betwist (aan Horeca Haarlem is verstek verleend) en niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt. Daarbij merkt de kantonrechter het volgende op. Wat er (gezien artikel 7:652 lid 6 onder c en lid 8 BW) ook zij van de geldigheid van het in de arbeidsovereenkomst opgenomen proeftijdbeding, gelet op de in de feiten genoemde e-mail van Horeca Haarlem mocht werknemer erop vertrouwen dat Horeca Haarlem had ingestemd met zijn opzegging per 29 april 2023. Horeca Haarlem is aldus in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen.