Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/werkgeefster
Rechtbank Zeeland-West-Brabant (Locatie Bergen op Zoom), 10 januari 2024
ECLI:NL:RBZWB:2024:119
Vernietiging ontslag op staande voet en toewijzing loonvordering. Ontslag met terugwerkende kracht niet mogelijk en geen sprake van een onverwijlde mededeling.

Feiten

Werknemer is op 3 juni 2019 in dienst getreden van werkgeefster in de functie van (leerling-)stukadoor. Op 4 september 2023 heeft werknemer zich ziek gemeld. Bij brief van 20 september 2023 heeft werkgeefster werknemer per 1 september 2023 op staande voet ontslagen. Aan het ontslag ligt ten grondslag werkweigering, houding tegenover klant en diefstal. Werknemer verzoekt primair vernietiging van de opzegging en achterstallig salaris en subsidiair financiële vergoedingen.

Oordeel

De kantonrechter oordeelt als volgt. Nog daargelaten dat werkgeefster in haar ontslagbrief heeft geschreven dat het ontslag inging per 1 september 2023, hetgeen neerkomt op een ontslag met terugwerkende kracht, wat niet mogelijk is, geldt dat het ontslag niet voldoet aan de eis van onverwijldheid. Werkgeefster heeft ter zitting toegelicht dat de redenen voor ontslag haar reeds bekend waren voor de ziekmelding van werknemer. Het is niet duidelijk wanneer de feiten en omstandigheden hebben plaatsgevonden, maar een ontslag op 20 september 2023 voor feiten en omstandigheden die al op 4 september 2023 bekend waren, is niet onverwijld. Dat betekent dat het ontslag niet rechtsgeldig is. Daarnaast is ook niet voldaan aan de mededelingseis. De ontslagbrief is te algemeen geformuleerd en daardoor niet duidelijk. Dat heeft werknemer belemmerd om zich daartegen te verweren. Geconcretiseerd had moeten worden welke werkzaamheden werknemer niet heeft uitgevoerd of geweigerd, om welk gedrag bij een klant het ging en welke materialen ontbreken alsmede wanneer dat was. Dat heeft zij niet gedaan. Voor werknemer was daarom onduidelijk wat de exacte dringende reden voor ontslag was. Evenmin is gesteld of gebleken dat het werknemer voor de brief anderszins bekend had moeten zijn wat werkgeefster als dringende reden heeft aangemerkt. Dat betekent dat ook dit onderdeel maakt dat het ontslag niet rechtsgeldig is. Het ontslag op staande voet wordt daarom vernietigd en de loonvordering wordt toegewezen met een wettelijke verhoging van 25%.