Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/Pala group B.V. c.s.
Rechtbank Oost-Brabant (Locatie Eindhoven), 31 januari 2024
ECLI:NL:RBOBR:2024:341
Geen geldig ontslag op staande voet van werkneemster, die niet meewerkt aan de re-integratie en volgens werkgever wel meedoet aan missverkiezing in die periode. Dat sprake is geweest van activiteiten voor de missverkiezing tijdens het re-integratietraject, is niet vast komen staan.

Feiten

Werkneemster is op 23 januari 2023 bij Pala Group in dienst getreden in de functie van financieel administratief medewerkster. De arbeidsovereenkomst is aangegaan voor bepaalde tijd van twaalf maanden en eindigt van rechtswege op 22 januari 2024. Op 31 maart 2023 heeft werkneemster zich via een app-bericht arbeidsongeschikt gemeld. Bij e-mail van 11 april 2023 heeft Pala Group aan werkneemster medegedeeld dat zij met ingang van 31 maart 2023 het loon van werkneemster opschort, omdat werkneemster zich niet houdt aan het verzuimreglement. Werkneemster hervat meerdere malen het werk niet conform het advies van de bedrijfsarts en is tevens niet bereikbaar. Op 15 en 16 mei 2023 verschijn werkneemster niet op het werk, waarbij zij op 15 mei door een collega is gezien bij Basic Fit. Bij brief van 17 mei 2023 aan werkneemster heeft Pala Group onder meer een loonstop opgelegd en aangegeven dat de maat vol is en Pala Group over zal gaan tot een ontslagprocedure als werkneemster blijft weigeren passende arbeid te verrichten of niet bereikbaar is. Bij brief van 14 augustus 2023 heeft Pala Group aan werkneemster geschreven dat zij werkneemster meerdere keren de gelegenheid heeft geboden en heeft gesommeerd de re-integratie op te pakken, maar dat werkneemster – ook na de loonstop van 17 mei 2023 – zich niet houdt aan haar re-integratieverplichtingen. Pala Group schrijft aan werkneemster dat ze haar nog een allerlaatste kans biedt om voor donderdag 17 augustus contact op te nemen om een afspraak met haar te maken over de werkhervatting van werkneemster in aangepast werk. Pala Group heeft werkneemster aangezegd dat indien zij dit niet (of niet tijdig) doet, zij de kantonrechter zal vragen om de arbeidsovereenkomst te ontbinden vanwege (ernstig) verwijtbaar handelen zonder toekenning van de transitievergoeding. Op 8 september 2023 is het Pala Group bekend geworden dat werkneemster het had geschopt tot de finale van een missverkiezing. Bij brief van 8 september 2023 heeft Pala Group werkneemster op staande voet ontslagen. Werkneemster verzoekt onder meer vernietiging van het ontslag op staande voet. Pala Group verzoekt onder meer voorwaardelijk, voor het geval het verzoek van werkneemster tot vernietiging van de opzegging wordt toegewezen, de arbeidsovereenkomst te ontbinden op de e-grond.

Oordeel

Ontslag op staande voet

De reden voor het ontslag op staande voet die Pala Group in de brief van 8 september 2023 geeft, is – kort gezegd – het onvoldoende meewerken aan de re-integratieverplichtingen, terwijl werkneemster wel werk/activiteiten kan verrichten voor een missverkiezing, hetgeen de re-integratie frustreert. Pala Group verwijt werkneemster dat ze niet de waarheid heeft verteld over deelname aan de missverkiezing en dat ze daarmee het vertrouwen dat Pala Group haar heeft gegeven, ernstig heeft misbruikt. Alleen het (bekend worden van het) deelnemen aan activiteiten voor de missverkiezing was voor Pala Group de reden om in plaats van te streven naar een ontbinding van de arbeidsovereenkomst over te gaan tot een ontslag op staande voet. Dat sprake is geweest van deelnemen aan activiteiten voor de missverkiezing tijdens het re-integratietraject, is echter niet vast komen staan. Alles afwegende leidt dit tot het oordeel dat er, onder de gegeven omstandigheden, onvoldoende is om het gegeven ontslag op staande voet op dat moment te rechtvaardigen. Het ontslag op staande voet wordt daarom vernietigd. De door werkneemster verzochte loonbetaling komt niet voor toewijzing in aanmerking, omdat er een loonstop geldt. Tegen die loonstop heeft werkneemster geen vorderingen gericht.

Voorwaardelijke ontbinding

De arbeidsovereenkomst was aangegaan voor bepaalde tijd en is inmiddels van rechtswege geëindigd. Er bestaat derhalve geen arbeidsovereenkomst meer. De verzochte (voorwaardelijke) ontbinding wordt daarom afgewezen.