Feiten

De drie bij deze procedure betrokken werknemers zijn in dienst (geweest) van Jumbo Supermarkten B.V. (hierna: Jumbo). In juli 2017 heeft Jumbo aan werknemers laten weten dat zij jaarlijks, in een periode van 52 weken, ten minste dertien zondagen niet zouden mogen werken. Werknemers maken in rechte aanspraak op betaling van de uren die zij op die zondagen niet hebben kunnen werken. Zij stellen dat de eenzijdige oplegging om minstens dertien zondagen per 52 weken niet te werken onterecht is geweest. Werknemers zijn achteraf te weten gekomen dat deze regel alleen van toepassing is op minderjarige collega’s. Zij hebben door de mededeling dertien zondagen in moeten leveren, op welke zondagen zij normaliter wel zouden hebben gewerkt, aldus werknemers.

Oordeel

De kantonrechter oordeelt als volgt. Werknemers zijn bij Jumbo in dienst getreden op basis van een oproepovereenkomst met een min-maxcontract. In beginsel is Jumbo in dat geval vrij de werknemer op te roepen tegen een bepaalde dag voor een bepaald aantal uren. In de arbeidsovereenkomsten is niets opgenomen over het werken op bepaalde dagen. Jumbo is in beginsel dan ook niet verplicht de werknemer in te plannen op bijvoorbeeld een zondag. Dit is anders indien hierover andere afspraken zijn gemaakt.

Vordering werknemer 1 en 3

Uit de overgelegde stukken blijkt niet dat werknemer 1 en 3 een nadere afspraak met Jumbo hebben gemaakt om iedere zondag ingepland te worden voor het verrichten van werkzaamheden. Deze vorderingen worden dan ook afgewezen.

Vordering werknemer 2

Werknemer 2 heeft aangevoerd dat hij met Jumbo de afspraak heeft gemaakt dat hij iedere zondag voor 9,5 uur zou worden ingepland voor werkzaamheden. Dit standpunt wordt ondersteund door de inhoud van een gespreksverslag van 22 juni 2017. De kantonrechter maakt hieruit op dat partijen een nadere afspraak hebben gemaakt over het werken op zondag. Deze afspraak is ten onrechte eenzijdig door Jumbo gewijzigd. Werknemer maakt dan ook terecht aanspraak op betaling van achterstallig loon. De kantonrechter overweegt dat een deel van de vordering inmiddels is verjaard. Daarbij komt dat werknemer op 1 april 2021 op de hoogte is geraakt dat hij ten onrechte niet op de zondagen werd ingepland. Hij heeft Jumbo er vervolgens niet op gewezen dat hij weer op de zondagen dient te worden ingepland. Gelet op het voorgaande heeft werknemer 2 recht op vergoeding wegens het mislopen van de zondagtoeslag (werknemer heeft de werkzaamheden op zaterdag verricht in plaats van op zondag, zodat enkel de toeslag nog verschuldigd is) over de periode 7 november 2017 tot april 2021. Werknemer wordt in de gelegenheid gesteld een nieuwe loonberekening over te leggen. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.