Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/Crown Van Gelder International B.V.
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Haarlem), 28 februari 2024
ECLI:NL:RBNHO:2024:1968
Na faillissement werkgever biedt doorstarter aan werkneemster geen nieuwe arbeidsovereenkomst aan. Werkneemster vordert schadevergoeding. Kantonrechter is bevoegd, omdat de vordering verband houdt met en niet los kan worden gezien van de beƫindigde arbeidsovereenkomst.

Feiten

Werkneemster is in dienst van Crown Van Gelder B.V. Op enig moment is haar arbeidsovereenkomst door de curator opgezegd vanwege het faillissement van Crown Van Gelder. Werkneemster stelt zich op het standpunt dat CVGI, als koper van de activa uit het faillissement van Crown van Gelder (oftewel, als doorstarter), haar op basis van de overeenkomst met de curator een nieuwe arbeidsovereenkomst met minimaal gelijke voorwaarden had moeten aanbieden. Door dat niet te doen heeft zij schade geleden, aldus werkneemster. Werkneemster vordert veroordeling van CVGI tot betaling van een schadevergoeding. CVGI stelt dat de kantonrechter niet bevoegd is van de zaak kennis te nemen, omdat het een vordering betreft met een beloop van meer dan € 25.000 en geen aardvordering betreft. CVGI vordert dat de kantonrechter zich onbevoegd verklaart en de zaak verwijst naar de rechtbank.

Oordeel

De kantonrechter oordeelt als volgt. Gelet op de stellingen die werkneemster aan haar vordering ten grondslag legt, is de kantonrechter van oordeel dat haar vordering verband houdt met, en niet los kan worden gezien van, de beëindigde arbeidsovereenkomst. Dit leidt tot de conclusie dat de kantonrechter zich op grond van artikel 93 aanhef en onder c Rv bevoegd acht om van de vordering kennis te nemen. De vordering in het incident wordt daarom afgewezen. De hoofdzaak wordt verwezen naar de rolzitting voor beraad. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.