Naar boven ↑

Rechtspraak

Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek c.s./ACS Audiovisual Solutions B.V.
Gerechtshof Den Haag (Locatie Den Haag), 12 maart 2024
ECLI:NL:GHDHA:2024:328
Werkgever niet verplicht tot deelname aan bedrijfstakpensioenfonds. Werkgever heeft voldoende meegewerkt aan werkingssfeeronderzoek en valt niet - of slechts in zeer beperkte mate - onder werkingssfeer.

Feiten

ACS Audiovisual Solutions B.V. (hierna: ACS) houdt zich bezig met alles wat met beeld- en geluidapparatuur en licht bij grote en kleine congressen te maken heeft. De Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek (hierna: PMT) is een door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds voor werkgevers in de bedrijfstak Metaal en Techniek. PMT heeft ACS op 6 november 2015 schriftelijk laten weten dat zij vanaf 3 april 2004 verplicht is deel te nemen aan PMT en aan cao-regelingen van een aantal fondsen in de sector metaal en techniek (hierna: Mt-fondsen). Er is tussen ACS enerzijds en PMT en de Mt-fondsen anderzijds een geschil ontstaan over de vraag of ACS verplicht is deel te nemen aan de pensioenregeling van PMT en/of de cao-regelingen van de Mt-fondsen. De kantonrechter (zie AR 2017-0992) heeft in eerste aanleg voor recht verklaard dat ACS niet valt onder de werkingssfeer van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000 juncto het Besluit van de staatssecretaris van SZW tot wijziging van de verplichtstelling tot deelneming in het bedrijfstakpensioenfonds voor de Metaal en Techniek. De vorderingen in reconventie (van PMT en de Mt-fondsen) zijn in eerste aanleg afgewezen. Beide partijen hebben hoger beroep ingesteld.

Oordeel

Het hof oordeelt als volgt.

Werkingssfeer

Het debat tussen partijen spitst zich toe op de werkingssfeerbepalingen van de bedrijfstakken (1) Metaalbewerkingsbedrijf, (2) het Aardingsbedrijf, (3) het Radio- en televisie installatie- en reparatiebedrijf, (4) het Installatiebedrijf voor – collectieve – antennes, kabeltelevisie, telematica en overige (tele)communicatie, (5) het Tentoonstellingsinstallatiebedrijf, (6) het Elektrotechnisch paneelbouwbedrijf en elektrotechnisch reparatiebedrijf en (7) het Rolluiken-, markiezen- en zonweringsbedrijf. Het hof is van oordeel dat de werkzaamheden van de werknemers van ACS niet – of slechts in zeer beperkte mate – onder de werkingssfeerbepalingen van voornoemde bedrijfstakken vallen. Het hof licht dit per bedrijfstak/werkingssfeerbepaling toe. Ten aanzien van de werkingssfeerbepaling voor bedrijfstak (5), het Tentoonstellingsinstallatiebedrijf, overweegt het hof dat PMT terecht stelt dat dit de meest relevante werkingssfeerbepaling is (die van artikel 9.1 onder i van het verplichtstellingsbesluit). Naar het oordeel van het hof valt ACS naar de aard van haar activiteiten, en daarmee die van de werkzaamheden van haar werknemers, niet onder het tentoonstellingsinstallatiebedrijf. Het enkele feit dat de audiovisuele appraten van ACS elektriciteit gebruiken, en in de cao voor de elektrotechnische detailhandel zijn aangemerkt als elektrotechnische apparaten, maakt het aansluiten van dergelijke (al dan niet onderling met elkaar verbonden) apparaten op het elektriciteitsnetwerk door het steken van een stekker in het stopcontact nog niet tot elektrotechnische installatiewerkzaamheden. Als dat wel zo zou zijn dan valt ook het aansluiten van een tv met een daaraan gekoppelde soundbar, of een audiotuner met daaraan gekoppelde actieve speakers onder dat begrip, en dat gaat zo ver dat dit geen aannemelijk rechtsgevolg is. 

Nader werkingssfeeronderzoek

PMT betoogt voorts dat ACS op grond van het verplichtstellingsbesluit en de algemeen verbindend verklaarde cao’s in de Metaal en Techniek gehouden is gegevens te verstrekken ten behoeve van en/of medewerking te verlenen aan een nader werkingssfeeronderzoek. Verder zou de maatschappelijke zorgvuldigheid dit van ACS verlangen. Het hof verwerpt dit standpunt. Het verplichtstellingsbesluit en de algemeen verbindend verklaarde cao’s in de Metaal en Techniek brengen dergelijke verplichtingen voor ACS pas mee als er voldoende concrete aanwijzingen zijn dat ACS onder de werkingssfeer van een of meer van deze regelingen zou vallen. Dit is (vooralsnog) niet het geval. De maatschappelijke zorgvuldigheid verlangt van ACS niet meer dan waar zij tot nu toe invulling aan heeft gegeven. Zo heeft ACS meegewerkt aan een werkingssfeeronderzoek van 12 oktober 2015 van een accountmanager van PMT, heeft zij zelf werkingssfeeronderzoeken laten verrichten en heeft zij meegewerkt aan een op verzoek van PMT gehouden voorlopig getuigenverhoor. Verder heeft ACS gemotiveerd verweer gevoerd in deze door PMT aanhangig gemaakte procedure.

Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter.