Rechtspraak
Rechtbank Limburg (Locatie Roermond), 27 augustus 2024
ECLI:NL:RBLIM:2024:5757
Feiten
Werknemer is op 27 oktober 2016 dan wel 1 oktober 2017 bij VDL Nedcar B.V. (hierna: VDL) in dienst getreden en vervulde laatstelijk de functie van HWP-monteur repair tegen een loon van € 3.257,26 bruto per maand, exclusief vakantiebijslag en overige emolumenten zoals de dienstentoeslag en winstuitkering. Op de arbeidsovereenkomst is de Cao Metalelektro van toepassing. Werknemer is vanaf mei 2023 (volledig) arbeidsongeschikt in verband met rugklachten. Werknemer was op 13 februari 2024 in het bedrijfspand van VDL. Hij is naar zijn werkplek gegaan en heeft enkele spullen in zijn jas gestoken, waaronder een accuschroefmachine. Bij brief van 15 februari 2024 heeft VDL werknemer na een gesprek op staande voet ontslagen wegens diefstal van een accuboormachine met bijbehorende accu. Werknemer stelt dat er geen sprake is van diefstal en verzoekt onder meer vernietiging van het ontslag op staande voet, tewerkstelling, loondoorbetaling en diverse vergoedingen.
Oordeel
De dringende reden die is meegedeeld is diefstal van een accuschroefmachine en bijbehorende accu. Werknemer heeft aangevoerd geen diefstal gepleegd te hebben. De betreffende accuschroefmachine is namelijk zijn eigendom. Hij verklaart de aanwezigheid van zijn eigen accuschroefmachine op de werkplek als volgt. Toen op de locatie van VDL de productie van de Mini werd opgestart zijn werklieden uit Engeland tijdelijk werkzaam geweest in de fabriek. Een van hen had zijn eigen accuschroefmachine bij zich. Toen deze Engelsman weer huiswaarts keerde heeft hij de accuschroefmachine achtergelaten en aan werknemer gegeven. Werknemer heeft een verklaring overgelegd die afkomstig zou zijn van deze Engelsman, waarin deze toedracht wordt bevestigd. De kantonrechter stelt voorop dat op VDL de stelplicht en bewijslast rust van de gestelde diefstal. Concreet betekent dat dat zij moet bewijzen dat de accuschroefmachine die werknemer heeft meegenomen, haar eigendom is. VDL is hierin niet geslaagd. VDL heeft uitdrukkelijke betoogd dat al haar apparaten geregistreerd zijn, zodat ook deze accuschroefmachine in haar administratie terug te vinden is. Tijdens de eerste zitting hebben partijen gezamenlijk het serienummer van het apparaat vastgesteld. Vervolgens is de mondelinge behandeling aangehouden teneinde VDL in de gelegenheid te stellen te onderzoeken of de accuschroefmachine bij haar geregistreerd staat. VDL heeft vervolgens laten weten dat deze accuschroefmachine niet in haar administratie voorkomt. VDL heeft haar standpunt in zoverre aangepast dat nader onderzoek zou hebben uitgewezen dat er naast geregistreerde apparaten ook ongeregistreerde apparaten aanwezig zouden zijn bij VDL. Met name op de afdeling waar werknemer werkzaam was zouden “op eigen houtje” werktuigen zijn aangeschaft. VDL heeft nog aangedrongen op het bekijken van de bewakingsbeelden waar volgens VDL uit volgt dat werknemer op “plundertocht” is. Wat VDL beschrijft als een “plundertocht” kan volgens de kantonrechter ook gewoon een zoektocht naar persoonlijke eigendommen zijn geweest. Doorslaggevende betekenis komt daarmee niet aan de beelden toe. Al met al zijn er te veel onduidelijkheden en is het onvoldoende aannemelijk geworden dat van diefstal sprake is geweest. Daarmee ontvalt de grond voor een ontslag op staande voet. Het voorwaardelijk ontbindingsverzoek van VDL wordt afgewezen omdat er geen sprake is van een voldragen e- grond en/of g-grond.