Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/Sky Dust Intelligence B.V.
Rechtbank Overijssel (Locatie Zwolle), 4 februari 2025
ECLI:NL:RBOVE:2025:693
Werkneemster vordert in het kader van een gecombineerde stage- en arbeidsovereenkomst diverse loonbestanddelen.

Feiten

Partijen zijn in een schriftelijke overeenkomst overeengekomen dat werkneemster op 2 februari 2023 bij Sky Dust Intelligence B.V. (hierna: SDI) in dienst treedt in de functie van AI engineer. Het betreft een overeenkomst voor bepaalde tijd, eindigend op 1 augustus 2023. De vakantietoeslag bedraagt 8% van het brutojaarsalaris. De overeenkomst is gecombineerd met een stageovereenkomst voor de periode van 2 februari 2023 tot 2023. Er bestaat een afstudeerovereenkomst die is ondertekend door een vertegenwoordiger van stichting Hogeschool van Amsterdam als onderwijsorganisatie, door SDI als bedrijf en stageverlener en door werkneemster als afstudeerder. Daarin is onder meer bepaald dat de afstudeerder gedurende 40 uur per week opdrachten voor stageverlener uitvoert en dat deze overeenkomst geen arbeidsovereenkomst is. Op 1 juli 2023 is zowel de stage als de arbeidsovereenkomst beëindigd. Vanaf die datum heeft werkneemster geen werkzaamheden meer verricht voor SDI. Zij heeft van SDI betalingen van salaris en stagevergoeding ontvangen over de maanden februari, maart en april van 2023 van in totaal een bedrag van € 5.206,29. Werkneemster vordert onder meer (achterstallig) loon en stagevergoeding, vakantietoeslag en uitbetaling vakantiedagen.

Oordeel

De duur van de overeenkomst en de hoogte van de beloning

Tussen partijen staat vast dat er een gecombineerde arbeidsovereenkomst/stageovereenkomst tot stand is gekomen. Tijdens de mondelinge behandeling hebben partijen echter verklaard dat zij het erover eens zijn dat er een salaris van € 1.875 bruto per maand is overeengekomen en dat er daarnaast een stagevergoeding is overeengekomen van € 625 netto per maand.

Moet nog loon of stagevergoeding alsook een vergoeding voor vakantiedagen en vakantietoeslag worden betaald?

Tussen partijen staat vast dat werkneemster van SDI geen betalingen van loon en/of stagevergoeding meer heeft ontvangen over de maanden mei en juni van 2023. SDI stelt dat werkneemster de stageopdracht niet goed uitvoerde en dat zij naast het werk voor haar stage geen gewone arbeid voor SDI verrichtte. De kantonrechter is van oordeel dat deze verweren van SDI niet slagen. Uitgangspunt in het arbeidsrecht is namelijk dat de werkgever loon moet betalen. Slechts in uitzonderlijke gevallen kan worden afgeweken van die hoofdregel, maar dan moet voor de werknemer wel duidelijk zijn dat zo’n situatie zich voordoet. De kantonrechter is daarom van oordeel dat SDI aan werkneemster nog betaling van loon en stagevergoeding verschuldigd is over de maanden mei en juni van 2023. De kantonrechter wijst ook het deel van de vordering met betrekking tot vakantietoeslag en vakantiedagen toe.