Feiten

De Bondt is een partner van vervoerder UPS. Eurocoinhouse is een klant van UPS. De Bondt bezorgt in opdracht van UPS pakketten bij Eurocoinhouse. Deze pakketten bevatten bijzondere twee-euromunten voor verzamelaars en vertegenwoordigen een hoge waarde. Werknemer is werkzaam voor De Bondt en bezorgt regelmatig pakketten bij Eurocoinhouse. Op 22 maart 2024 meldt UPS aan De Bondt dat er een pakket van haar zending (van drie pakketten) ontbreekt. UPS stuurt drie foto’s en het pakketnummer van het niet bij Eurocoinhouse afgeleverde pakket. De Bondt bekijkt de cameraregistratie van het uitladen van de container van UPS en verdenkt werknemer. De Bondt laat in de avond werknemer de videobeelden zien en geeft hem de gelegenheid het pakket te zoeken en terug te geven. Werknemer rijdt op 25 maart 2024 langs klanten van zijn route van 22 maart 2024. Hij meldt aan De Bondt dat hij het vermiste pakket niet heeft gevonden. De Bondt schorst werknemer. Deze maakt hiertegen bezwaar. De Bondt ontslaat werknemer op 26 maart 2024 op staande voet, kort samengevat wegens het ontvreemden van het pakket van UPS. Werknemer protesteert op 27 maart 2024 per brief tegen het ontslag. Werknemer heeft in eerste aanleg veroordeling van De Bondt verzocht tot betaling van de transitievergoeding, gefixeerde schadevergoeding en billijke vergoeding. De kantonrechter heeft de verzoeken afgewezen. Werknemer komt tegen de beslissing in hoger beroep. 

Oordeel

Het hof hecht doorslaggevende waarde aan de videobeelden van de beveiligingscamera’s.  Tussen partijen staat vast dat werknemer in de ochtend tijdens het inlaadproces aan zijn leidinggevende heeft gezegd dat er één doos van de zending voor Eurocoinhouse ontbrak. Hij was zich daarvan dus bewust. Werknemer erkent dat hij een doos in zijn handen heeft gehad en dat hij deze in zijn bus heeft geplaatst. Dat is ook zichtbaar op de beelden van een video-opname. Werknemer betwist echter dat dit de vermiste doos is uit de zending voor Eurocoinhouse. Het hof gaat hierin niet mee. Op de video-opname is zichtbaar dat er een doos uit de container van UPS op de lopende band wordt geladen, die qua omvang, kleur, etikettering en wijze waarop deze met tape is dichtgemaakt sterk lijkt op de dozen die De Bondt op de zitting heeft getoond. Het hof komt na een vergelijking van de video met de foto's van UPS uit de e-mail van 22 maart 2024 van het ontbrekende pakket tot de conclusie dat het niet anders kan dan dat het om dezelfde doos gaat. Vast staat ook dan ook dat werknemer de doos niet heeft gescand en afgeleverd bij Eurocoinhouse, terwijl hij deze wel in de bus heeft geladen en met de bus naar zijn huis is gereden. Het is daarmee zeer aannemelijk dat hij de doos heeft ontvreemd. Ook als het hof rekening houdt met de persoonlijke belangen van werknemer (leeftijd van 63 en 17 jaar in dienst), oordeelt het hof dat de gedragingen van werknemer dusdanig ernstig zijn dat van De Bondt redelijkerwijs niet gevergd kan worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren en dat die dus een dringende reden opleveren die het ontslag op staande voet rechtvaardigen.