Naar boven ↑

Rechtspraak

Kern

Van Uden vordert naleving van het overeengekomen non-concurrentiebeding. De termijn van 6 maanden dient volgens van Uden te worden verlengd tot 2 jaar, aangezien gedaagden onrechtmatig jegens eiseres zouden hebben gehandeld, waardoor eiseres in een positie zou zijn geraakt waarin niet aanvaardbaar zou zijn dat gedaagden al na afloop van de 6 maanden-termijn concurrerende activiteiten zouden gaan verrichten. Geoordeeld wordt dat Van Uden onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat gedaagden onrechtmatig hebben gehandeld. Volgt afwijzing van de vordering.