Naar boven ↑

Rechtspraak

Kern

Geïntimeerde (werknemer) vorderde in eerste aanleg dat de door hem uitgeoefende functie in een andere functiegroep zou worden ingedeeld, alsmede betaling van achterstallig salaris. Geïntimeerde kon zich niet verenigen met de waardering en indeling van zijn functie door appellant (werkgever). Kantonrechter wees de vorderingen toe. Hof overweegt dat aan de orde is de waardering van, in het kader van het toepasselijke functiewaarderingssysteem, geanalyseerde en beschreven organieke functies. De rechterlijke toets dient terughoudend te zijn. Hof oordeelt dat de, door geïntimeerde bestreden, waardering van de door hem uitgeoefende functie deze toets kan doorstaan. Het bestreden vonnis wordt vernietigd en de vorderingen van geïntimeerde afgewezen.