Naar boven ↑

Rechtspraak

Kern

Uit de door partijen in het geding gebrachte stukken volgt dat de betalingen aan gedaagde hebben plaatsgevonden op basis van het FPU-reglement en de daarop gebaseerde overeenkomsten tussen Wageningen Universiteit respectievelijk DLO en het VUT-fonds. Naar het oordeel van de rechtbank bieden het FPU-reglement en de daarop gebaseerde overeenkomsten geen aanknopingspunten voor de stelling van gedaagde dat deze een publiekrechtelijke basis hebben. Het enkele feit dat gedaagde rijksambtenaar is geweest en dat in het Organisatieplan wordt verwezen naar de FPU-regeling leidt immers niet reeds tot de conclusie dat de betalingen een publiekrechtelijke basis hebben gehad. gedaagde heeft voorts niet aangegeven waarin die publiekrechtelijke basis te vinden zou zijn. De rechtbank is daarom van oordeel dat zij - en niet de bestuursrechter - bevoegd is van de onderhavige vorderingen van Wageningen Universiteit en DLO kennis te nemen.

De inhoudelijke beoordeling van de zaak (terugbetaling van gedane uitbetalingen) wordt aangehouden.

  • Wetsartikelen: 7:611 BW
  • Onderwerpen: Pensioen
  • Trefwoorden: Bevoegdheid civiele rechter in het kader van afspraken omtrent pensioen tussen een ex-ambtenaar en haar werkgever, FPU-reglement en Bestuursrechter of civiele rechter?