Naar boven ↑

Rechtspraak

Werknemers zijn krachtens arbeidsovereenkomst in dienst geweest van Gemeenschappelijke Kerncentrales Nederland (GKN). GKN heeft de door haar geëxploiteerde Kerncentrale Dodewaard op 26 maart 1997 moeten stilleggen. Op de werknemers, met wie als gevolg van de stillegging van de kernenergiecentrale het dienstverband werd beëindigd, is het met de vakbonden afgesproken Sociaal Plan van toepassing. In het op 7 december 2005 door de CAO-partijen in de energiesector bereikte CAO-akkoord is, onder vervallenverklaring van de oude regelingen, een nieuwe collectieve ziektekostenregeling opgenomen, die ook van toepassing is op postactieven. Die ziektekostenregeling (verder: “de nieuwe regeling”) maakte eveneens deel uit van de op 12 januari 2006 ondertekende sector-CAO Productie 2005-2007 en zou ook worden opgenomen in de (nieuwe) CAO-Energie die per 1 januari 2008 van kracht zou worden. In het onderhavige geschil gaat het om de vraag of werknemers - als postactieven - er jegens GKN aanspraak op kunnen maken dat de ziektekostenregeling die, net als het Sociaal Plan, was gebaseerd op de ENB-CAO - die op 1 januari 1996 in werking was getreden - en via de bedrijfs-CAO GKN 1996 nader was vastgesteld in (hoofdstuk 6 van) de Algemene Regelingen (verder: “de oude regeling”), in elk geval mede krachtens het Sociaal Plan onverkort op hen van toepassing is gebleven en voor hen op een later moment, in het bijzonder bij gelegenheid van de wijziging van het ziektekostenstelsel per 1 januari 2006, niet is vervangen door de nieuwe regeling.

Het hof oordeelt als volgt. Bij de beantwoording van deze vraag, waarvoor met name zal moeten worden onderzocht hoe het Sociaal Plan moet worden uitgelegd, stelt het hof voorop dat voor die uitleg de bewoordingen van de desbetreffende bepalingen, gelezen in het licht van de gehele tekst van het Sociaal Plan, in beginsel van doorslaggevende betekenis zijn. Deze norm leidt niet tot een louter taalkundige uitleg omdat hier sprake is van een uitleg naar objectieve maatstaven, waarbij onder meer acht kan worden geslagen op de elders in het Sociaal Plan gebruikte formuleringen en op de aannemelijkheid van de rechtsgevolgen waartoe de onderscheiden, op zichzelf mogelijke tekstinterpretaties zouden leiden. Het Sociaal Plan bevat geen enkele bepaling omtrent de ziektekostenregeling voor werknemers en postactieven. Het plan bevat derhalve evenmin een bepaling die erin voorziet dat de (via indirecte verwijzing toepasselijke) oude regeling gedurende de gehele looptijd van het Sociaal Plan (artikel 2.2) en eventueel ook daarna voor onder meer postactieven onverkort van kracht zal blijven. Aan deze omstandigheid komt des te meer betekenis toe nu dergelijke bepalingen in de onderhandelingen tussen werkgevers en werknemers ten aanzien van sommige andere onderwerpen wel tot stand zijn gekomen. Daar komt nog bij dat weinig aannemelijk is dat de partijen bij de totstandkoming van het Sociaal Plan voor ogen heeft gestaan de oude regeling ten minste gedurende de gehele looptijd van het Sociaal Plan en eventueel ook daarna voor onder meer postactieven onverkort van kracht te doen blijven. Blijkens de bedoeling van partijen bij het Sociaal Plan zoals die in de considerans ervan is verwoord, gaat het erom de sociale gevolgen op te vangen van de veranderingen voor de werknemers als gevolg van het stilleggen van de kernenergiecentrale en is het plan erop gericht werknemers te mobiliseren naar passende arbeid en oudere werknemers de mogelijkheid te bieden met (vervroegd) pensioen te gaan. Voorts bevat het Sociaal Plan (blijkens de considerans onder h) afspraken inzake financiële regelingen en faciliteiten ten behoeve van werknemers. Die financiële regelingen hebben vooral te maken met mobilisatie. Het onderwerp “ziektekosten” komt daarbij in het geheel niet aan de orde. Dit is begrijpelijk omdat het stilleggen van de kernenergiecentrale met name gevolgen had voor de werkgelegenheid bij GKN maar geen speciaal verband hield met of speciale gevolgen had voor de ziektekostenregeling van werknemers en postactieven.

Op grond van het voorgaande concludeert het hof dat het Sociaal Plan noch expliciet, noch impliciet de afspraak bevat dat de oude regeling ten minste gedurende de gehele looptijd van het Sociaal Plan en eventueel ook daarna voor onder meer postactieven onverkort van kracht zou blijven en dat het, mede blijkens de algemene verwijzing in het Sociaal Plan naar de ENB-CAO als basis, kennelijk de bedoeling van de partijen bij het Sociaal Plan is geweest voor de niet specifiek in het Sociaal Plan geregelde onderwerpen - waaronder dat van de ziektekosten - telkens de sectorspecifieke CAO's op werknemers en postactieven van GKN van toepassing te laten zijn. De bedoeling van de partijen bij het Sociaal Plan is dus kennelijk (mede) geweest om met betrekking tot die aspecten van de arbeidsrelatie waar het stilleggen van de kernenergiecentrale geen speciale gevolgen voor had en die niet specifiek in het Sociaal Plan waren geregeld, de werknemers en postactieven van GKN niet anders te behandelen dan anderen in de sector. De conclusie is dat de oude regeling ten tijde van de totstandkoming van het Sociaal Plan weliswaar van toepassing bleef op werknemers en postactieven van GKN - waaronder werknemers - omdat het Sociaal Plan was gebaseerd op de ENB-CAO, blijkens het bepaalde in artikel 8 lid 1 aanhef en onder d daarvan enkele arbeidsvoorwaarden - waaronder een regeling ziektekosten - waren vastgelegd in een bedrijfs-CAO (de bedrijfs-CAO GKN 1996), en deze CAO in artikel 31 bepaalde dat de regeling ziektekosten nader kon worden vastgesteld in de Algemene Regelingen en daarin ook de oude regeling was opgenomen. Nu de ENB-CAO en de bedrijfs-CAO GKN 1996 beide een looptijd hadden tot 31 december 1997, moet echter tevens worden geconcludeerd dat de oude regeling, die immers was gebaseerd op beide CAO's, slechts tot die datum op werknemers van toepassing is geweest. De nieuwe regeling is niet op postactieven van GKN, waaronder werknemers, van toepassing geworden omdat GKN zelf daartoe heeft besloten en heeft mogen besluiten maar omdat het Sociaal Plan meebracht dat na 31 december 1997 telkens de ingevolge nieuwe CAO's in de sector toepasselijke ziektekostenregelingen van toepassing werden op (onder het Sociaal Plan vallende) werknemers en postactieven van GKN, waarvan GKN hen - voor zover het de vervanging van de oude door de nieuwe regeling betrof - bij brief van 15 december 2005 mededeling heeft gedaan.

Volgt afwijzing vordering werknemers.