Rechtspraak
OR/CBR
Het CBR heeft advies gevraagd aan de Ondernemingsraad (OR) inzake een voorgenomen besluit tot reorganisatie. Na een aantal aanvullende informatieverstrekkingen, heeft de OR uiteindelijk negatief geadviseerd vanwege het aantal af te vloeien fte's. De bestuurder heeft uiteindelijk besloten om de reorganisatie toch door te zetten, met uitzondering van de afdeling Medisch. Ten aanzien van deze categorie zal medio 2010 een nieuw adviesplichtig voorgenomen besluit worden genomen. De OR stelt zich op het standpunt dat het CBR - althans de ondernemer - in alle redelijkheid niet tot het besluit heeft kunnen komen. Volgens de OR beschikte zij over onvoldoende en onjuiste informatie tijdens de adviesaanvraag en vreest zij dat ten aanzien van de categorie Medisch zij in 2010 voor een voldongen feit komt te staan.
De Ondernemingskamer oordeelt als volgt. Zowel schriftelijk als ter zitting is aan de OR een bovenwettelijk adviesrecht terzake van de categorie Medisch toegezegd. Voorts is toegezegd dat voor 2010 geen onomkeerbare uitvoeringsmaatregelen zullen worden genomen. Het besluit van de ondernemer is op dit punt niet onredelijk.
Met betrekking tot de tweede grond, oordeelt de Ondernemingskamer dat gebleken is dat de OR tijdens de adviesaanvraag over andere en onjuiste cijfers beschikte terzake van de formatie. Met name het aantal externen verschilt enorm. Hierdoor is een onjuist beeld ontstaan over de totale inkrimping van de organisatie, terwijl de OR tijdens het adviestraject meermalen heeft benadrukt de juiste formatiecijfers te ontvangen in verband met de vrees voor overbelasting van het personeel. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat het advies van de ondernemingsraad tot stand is gekomen op grond van onjuiste veronderstellingen die zijn gegenereerd door de wijze waarop de informatie door de ondernemer is gepresenteerd. Dit heeft meegebracht dat de ondernemingsraad, niettegenstaande de uitvoerige voorlichting door de bestuurder, de zeggenschap niet heeft kunnen uitoefenen in de mate waarin hij daar aanspraak op heeft.
Volgt toewijzing vordering OR.