Rechtspraak
Werknemer is bijna 30 jaar in dienst van werkgever. Hij is langzaam opgeklommen tot hoofdoperator in 2007. In 2009 is werknemer gedegradeerd tot derde aspirant hoofdoperator. In juni 2009 heeft werkgever ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzocht wegens disfunctioneren. Dit verzoek is afgewezen. Thans verzoekt werkgever wederom ontbinding wegens disfunctioneren en verstoorde arbeidsrelatie. Volgens werkgever is het verzoek deels aan werknemer te wijten zodat de C-factor op 0,75 dient te worden gesteld. Werknemer verweert en verzoekt een C=3.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Ontbinding zal worden toegewezen onder toekenning van een vergoeding ten laste van werkgever. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft de werkgever verwijtbaar gehandeld, door werknemer zwaar de degraderen en hem geen verdere begeleiding aan te bieden bij het verbeteren van zijn functioneren. Dit levert een hogere vergoeding op. De kantonrechter zal dat doen door een factor C = 1 1/3 te hanteren. Dat lijkt op het eerste gezicht niet in overeenstemming met het ernstige verwijt dat werkgever treft, maar hierbij is er rekening mee gehouden dat door het hoge aantal gewogen dienstjaren een relatief geringe stijging van de C-factor leidt tot een aanzienlijk hoger bedrag van de ontbindingsvergoeding. Het grote aantal dienstjaren heeft dus een drukkend effect op de C-factor en dat is overeenkomstig het landelijke beeld dat bij recent onderzoek van de rechtspraak werd verkregen.