Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemers/Charles Vögele (Netherlands) BV
Rechtbank Midden-Nederland, 1 december 2010
ECLI:NL:RBUTR:2010:BO9909

werknemers/Charles Vögele (Netherlands) BV

Nakoming pensioentoezegging en opgewekt vertrouwen. Eenzijdige wijziging pensioenregeling in strijd met Taxi Hofman

Werknemers zijn in 1961 respectievelijk 1969 in dienst getreden van de rechtsvoorgangster van Charles Vögele, Peek : Cloppenburg. Zij zijn toen toegetreden tot het pensioenfonds van P:C. In 1999 heeft Vögele P:C overgenomen en zijn de pensioenaanspraken ondergebracht bij Zwitserleven. Per 1 januari 2005 is Vögele aangesloten bij het bedrijfstakpensioenfonds voor de Detailhandel (hierna ook: Bpf). De pensioenregeling zelf is ondergebracht bij pensioenuitvoerder Interpolis. In 2006 respectievelijk 2008 zijn werknemers met (pre)pensioen gegaan. Thans vorderen zij een verklaring voor recht dat Vögele haar pensioentoezeggingen niet (volledig) is nagekomen en dat zij de schade die werknemers lijden dient te vergoeden. Bij het onderbrengen van de pensioenregeling bij Interpolis, zou Vögele haar informatieplicht jegens werknemers hebben geschonden. Vögele stelt zich op het stanpunt dat de pensioenregeling in 2005 eenzijdig is gewijzigd en zij de gewijzigde regeling wel is nagekomen. Met de overdracht en gewijzigde regeling in 1999 zouden werknemers hebben ingestemd.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Van instemming per 1999 is geen sprake. Voldoende blijkt uit de brief van 5 augustus 1998 aan de medewerkers van de toekomstige Vögele-filialen, afkomstig van de Peek en Cloppenburg Groep NV Zoetermeer, dat het filiaal waar werknemers werkzaam zijn met ingang van 1 februari 1999 aan de Charles Vögele Gruppe wordt overgedragen en dat alle medewerkers overgaan met behoud van alle voorgaande geldende arbeidsvoorwaarden van dat moment. Met zoveel woorden wordt nog opgemerkt dat dit dus ook geldt voor de dan geldende pensioenregeling. Uit de brief van 16 februari 1999 aan werknemer A blijkt dat X namens de Charles Vögele groep schrijft dat arbeidsvoorwaarden gelijk zullen blijven en dat alleen in formele zin de werkgever verandert en dat de pensioenaanspraken onder dezelfde condities worden voortgezet door Zwitserleven Pensioenen. Niet kan worden gesteld dat werknemers hebben ingestemd met de wijziging van eindloon- naar middelloonpensionering. Werknemers behoefden naar het oordeel van de kantonrechter daar niet tegen te protesteren of bezwaar te maken, zoals Vögele impliciet aanvoert, nog afgezien van het feit dat het in strijd zou zijn met goed werkgeverschap indien gewijzigde gevolgen desalniettemin zouden worden neergelegd bij werknemers, terwijl uit het procesdossier niet blijkt dat ze van die wijzigingen ten tijde van 1 januari 1999 op de hoogte zijn gesteld. Dat zou immers beduiden dat, nu op en rond 31 december 1998/1 januari 1999 nog het Taxi Hofman-arrest d.d. 26 juni 1998, JAR 1998/199 opgeld deed, de werkgever in ieder geval dan een redelijk voorstel van verandering aan de werknemers had moeten doen, waarvan niet gebleken is.

Voor het overige houdt de kantonrechter de zaak aan.