Naar boven ↑

Rechtspraak

Metalchemic Recycling International BV/werknemer
Rechtbank Overijssel, 27 januari 2011
ECLI:NL:RBALM:2011:BP3439

Metalchemic Recycling International BV/werknemer

Boetebeding in arbeidsovereenkomst niet van toepassing op aangepast relatiebeding in beëindigingsovereenkomst, zodat overtreding niet tot verbeuren van boetes leidt. Overtreding geheimhoudingsbeding leidt slechts tot eenmalige boete

Werknemer is op 6 juni 2007 in dienst getreden van Metchem. In de arbeidsovereenkomst is een geheimhoudings-, concurrentiebeding en relatiebeding opgenomen. Tevens staat op overtreding van deze bedingen een boete. Partijen zijn met wederzijds goedvinden op 30 juni 2010 uit elkaar gegaan. In de daartoe opgestelde beëindigingsovereenkomst is het concurrentiebeding komen te vervallen en het relatiebeding opnieuw overeengekomen. Volgens Metchem heeft werknemer zowel het geheimhoudingsbeding als het relatiebeding geschonden. Metchem vordert betaling van boetes, voorschot op de schadevergoeding alsook een verbod dat werknemer voor Z werkzaamheden zal verrichten.

De voorzieningenrechter is van oordeel dat Metchem voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat werknemer zich tijdens zijn dienstverband bij Metchem bezig heeft gehouden met het project omtrent de slakken en dat hij op de hoogte was van het feit dat de slakken bij Hak opgeslagen lagen en dat Z zaken deed met Metchem. De voorzieningenrechter acht het vooralsnog niet aannemelijk dat werknemer bij zijn contacten met Z al deze informatie buiten beschouwing heeft gelaten en zich via een website heeft laten informeren over de afvalstroom bij Hak. Dit levert een schending van het geheimhoudingsbeding op, hetgeen resulteert in een eenmalige boete van € 250. Niet gesteld kan immers worden dat deze overtreding 'voortduurt'.

Werknemer heeft ook het relatiebeding uit de beëindigingsovereenkomst geschonden. Het relatiebeding is opgenomen in de tussen partijen gesloten beëindigingsovereenkomst. Metchem heeft niet gesteld dat het boetebeding, zoals het is opgenomen in de arbeidsovereenkomst, eveneens van toepassing is op het relatiebeding. Uit de tekst van het relatiebeding en de beëindigingsovereenkomst volgt zulks ook niet. De voorzieningenrechter is om die reden vooralsnog van oordeel dat er met betrekking tot de schending van het relatiebeding geen grondslag voor de verschuldigdheid van de contractuele boete aanwezig is.