Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Alescon
Rechtbank Noord-Nederland (Locatie Assen), 28 maart 2011
ECLI:NL:RBASS:2011:BQ0362

werknemer/Alescon

Opzegging wegens een dringende reden van een WSW-werknemer in dienst van publiekrechtelijk lichaam rechtsgeldig na handgemeen met leidinggevende. BBA is niet van toepassing. Schending adviesplicht UWV krachtens Wet sociale werkvoorziening leidt niet tot nietigheid

Alescon heeft werknemer op staande voet ontslagen nadat werknemer zijn werkleider fysiek had aangevallen. Werknemer vecht het ontslag aan en vordert wedertewerkstelling en subsidiair schadevergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag.

De kantonrechter oordeelt als volgt. De kantonrechter overweegt voorshands dat nu tussen partijen niet in geschil is dat Alescon een publiekrechtelijk lichaam is, het BBA op grond van artikel 2 BBA niet van toepassing is op onderhavige arbeidsovereenkomst. Dit heeft tot gevolg dat de regels omtrent het ontslag van werknemer niet beheerst worden door de artikelen 6 en 9 van het BBA, maar dienen te worden getoetst aan de bepalingen van artikel 7:10 BW. Uit artikel 7:677 BW volgt voorts dat aan het niet in acht nemen van vormvereisten voor opzegging van een arbeidsovereenkomst, niet de sanctie van nietigheid, maar van schadeplichtigheid is verbonden. Op grond van lid 4 van voornoemd artikel is het vervolgens de keuze van de wederpartij van degene die schadeplichtig is, om de zogenaamde gefixeerde schadevergoeding van artikel 7:680 BW dan wel volledige schadevergoeding te vorderen. Voor de vorderingen van werknemer op de primaire grondslag, is op grond van voorgaande derhalve geen plaats. Het niet vragen van advies aan het UWV (krachtens Wet sociale werkvoorziening) leidt evenmin tot nietigheid. Naar het oordeel van de kantonrechter is het ontslag op staande voet terecht verleend, zodat geen sprake kan zijn van kennelijk onredelijke opzegging.