Rechtspraak
Raet/werknemer
Werknemer (43 jaar) is vanaf 18 september 2006 bij Raet werkzaam geweest, aanvankelijk op detacheringsbasis via bureau Matching Pool en vanaf 1 juni 2010 is hij voor onbepaalde tijd in dienst bij Raet zelf als Software Engineer III senior. Werknemer heeft vlak voor afloop van zijn detacheringscontract gesolliciteerd naar een managementfunctie. Na enkele gesprekken heeft de HR-adviseur in samenspraak met de directeur geconcludeerd dat werknemer nog niet klaar was om een managementfunctie te gaan vervullen. In de periode daarna is tussen partijen verschil van inzicht gerezen over de ondersteuning van de carrièreontwikkeling van werknemer en is een conflict ontstaan met de nieuwe manager van werknemer. De relatie is daardoor dusdanig verstoord dat van een vruchtbare samenwerking geen sprake kan zijn. Thans vordert Raet ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens verandering in omstandigheden.
De kantonrechter oordeelt als volgt. De interpretatie van de 'feiten', zoals deze aan de kantonrechter worden gepresenteerd, verschillen nogal en de kantonrechter is niet bij machte de waarheid daarvan te achterhalen. Partijen zijn het erover eens dat de arbeidsovereenkomst ontbonden dient te worden. De arbeidsovereenkomst wordt daarom ontbonden onder toekenning van een vergoeding. Ten aanzien van het bepalen van de vergoeding overweegt de kantonrechter dat Raet de kwaliteiten van werknemer kende, omdat hij al op detacheringsbasis had gewerkt. Het voor onbepaalde tijd aannemen van werknemer door Raet behoort tot het ondernemersrisico van Raet. De periode dat werknemer op detacheringsbasis bij Raet werkzaam was, dient te worden meegenomen bij het bepalen van de vergoeding. Bepalend is niet de arbeidsovereenkomst, maar de feitelijke situatie. De kantonrechter overweegt tot slot dat werknemer weinig tot geen moeite heeft gedaan om de zaak niet te laten escaleren en dat dit meeweegt bij het bepalen van de vergoeding. De C-factor wordt vastgesteld op 1.