Rechtspraak
erfgename van werknemer/werkgever
Werknemer is op 1 april 1997 in dienst getreden van werkgever. Het dienstverband van partijen is geëindigd door het overlijden van werknemer. Ten tijde van diens overlijden stonden er nog 266,09 vakantie-uren open. Deze vakantiedagen vertegenwoordigen – uitgaande van een brutoloon van € 13,03 per uur – een waarde van € 3467,15 bruto. Bij brieven van 8 juni, 22 juni en 13 augustus 2010 heeft FNV Bouw werkgever verzocht om de waarde van de bij einde dienstverband openstaande vakantiedagen aan de nabestaanden van werknemer uit te betalen. Werkgever heeft aan dit verzoek geen gehoor gegeven. Volgens werkgever is vakantieverlof een persoonsgebonden recht dat niet voor overdracht vatbaar is en miskent de functie van vakantiedagen (Kantonrechter Assen van 17 november 2009 (LJN: BK 3558).
De kantonrechter oordeelt als volgt. Op grond van artikel 7:641 lid 1 BW heeft een werknemer die bij het einde van de arbeidsovereenkomst nog aanspraak op vakantiedagen heeft, recht op een uitkering in geld tot een bedrag van het loon over een tijdvak overeenkomend met de aanspraak. Het recht op uitbetaling van niet-genoten vakantiedagen bestaat ongeacht de wijze van beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Eén van de wijzen waarop een arbeidsovereenkomst kan eindigen, is door de dood van de werknemer (art.l 7:674 lid 1 BW). Derhalve wordt naar het oordeel van de kantonrechter bij het overlijden van de werknemer op datzelfde moment het recht op de uitkering in geld (= loon) ter zake van niet-genoten vakantiedagen opeisbaar. Dit recht is al eerder ontstaan, namelijk tijdens het dienstverband van de overledene. Naar het oordeel van de kantonrechter valt de ontstane loonvordering wegens niet-genoten vakantiedagen aldus in de nalatenschap van werknemer, waarvan zijn echtgenote krachtens erfopvolging onder algemene titel – ex artikel 3:80 en 4:182 BW – de erfgename is. De aanspraak op niet-genoten vakantiedagen is daarmee van rechtswege op erfgename overgegaan. Om die reden kan erfgename thans uitbetaling van de niet-genoten vakantiedagen vorderen. De recuperatiefunctie van vakantiedagen verzet zich evenmin tegen toewijzing van deze vordering.