werknemer/Lincoln Smitweld BV

Werknemer is sinds 1984 in dienst van Lincoln Smitweld (hierna: Lincoln), laatstelijk in de functie van machinevoerder in drieploegendienst. Na kritiek op zijn functioneren, wil Lincoln in 2009 zijn functie wijzigen in die van algemeen productiemedewerker. Gezien het veelvuldig ziekteverzuim van werknemer, heeft Lincoln de bedrijfsarts gevraagd de nieuwe functie te beoordelen. Volgens de bedrijfsarts zijn er geen beperkende medische factoren om dit werk te verrichten. Met ingang van 1 januari 2010 is werknemer overgeplaatst naar de Traded Product Herverpakkingsafdeling in de functie van algemeen productiemedewerker. Sinds 1 november 2010 ontvangt hij geen ploegentoeslag meer. De vordering tot terugplaatsing in de oude functie is door de voorzieningenrechter afgewezen. Begin 2011 is werknemer als gevolg van schouderklachten arbeidsongeschikt geraakt. De arbeidsdeskundige heeft op verzoek van werkgever geoordeeld dat de functie van machinevoerder en de functie van algemeen productiemedewerker voor werknemer niet passend zijn. Bij de functie van algemeen productiemedewerker is de overschrijding van de belastbaarheid van werknemer groter dan bij de functie van machinevoerder. Thans vordert werknemer betaling van de ploegentoeslag en hem toe te laten tot de functie van machinevoerder.

De kantonrechter oordeelt als volgt. De arbeidsovereenkomst bevat geen eenzijdig wijzigingsbeding als bedoeld in artikel 7:613 BW. In de rechtspraak wordt algemeen aangenomen dat indien een dergelijk beding ontbreekt, dat niet betekent dat eenzijdige wijziging van de arbeidsovereenkomst door de werkgever niet mogelijk is, maar dat voor de beoordeling van de toelaatbaarheid daarvan ten minste dezelfde maatstaf moet worden aangelegd. Daaruit volgt dat wijziging als hier bedoeld slechts in uitzonderingsgevallen gerechtvaardigd zal zijn. Bij de beoordeling van de functiewijziging vindt een belangenafweging plaats.

Dat werknemer een voorstel ten aanzien van de functiewijziging is gedaan en dat hij dat voorstel aanvaard heeft, is onvoldoende gebleken. Ten onrechte is Lincoln niet ingegaan op de vaststelling van de arbeidsdeskundige dat de nieuwe functie meer belastend is voor werknemer. Lincoln heeft onvoldoende concreet aangevoerd dat het ziekteverzuim dan wel de terugloop van de productiviteit van werknemer voor een (belangrijk) deel door het werk in ploegendienst wordt veroorzaakt. Noch in het feit dat de functie van machinevoerder in ploegendienst wordt uitgevoerd, noch in de mate waarin de oude en de nieuwe functie krachtens het arbeidsdeskundig rapport als passend voor werknemer kunnen gelden, kan een grond voor eenzijdige wijziging van de arbeidsovereenkomst worden gevonden. Ook het gestelde disfunctioneren biedt hiervoor onvoldoende grond, omdat werknemer niet is begeleid bij het verbeteren van zijn functioneren. Volgt toewijzing van de vordering.