werkneemster/Stichting Aanzet

Werkneemster is op 16 december 1996 bij de rechtsvoorganger van Aanzet in dienst getreden. Haar functie is die van de sociaal raadsvrouw. De gemeente Oss is de grootste subsidieverstrekker van Aanzet. Op 19 oktober 2011 heeft zich een conflict voorgedaan tussen werkneemster en de heer X, werkzaam voor de gemeente Oss. De heer X heeft zich hierover bij Aanzet beklaagd. Deze klacht heeft Aanzet op 19 oktober 2011 met werkneemster besproken, waarna Aanzet werkneemster op non-actief heeft gesteld, in afwachting van nader onderzoek. Bij brief van 27 oktober 2011 heeft Aanzet werkneemster ontslag aangezegd. Een voorgenomen gesprek over deze brief en de gevolgen daarvan heeft geen doorgang gevonden. Het ontbindingsverzoek is afgewezen (AR 2012-295). Thans vordert werkneemster wedertewerkstelling. Zij stelt daartoe dat haar op non-actiefstelling op ondeugdelijke inhoudelijke gronden is gebaseerd en via een ondeugdelijke procedure is opgelegd en wordt gehandhaafd.

De kantonrechter oordeelt als volgt. De problemen tussen werkneemster en de heer X zijn voor een belangrijk deel toe te schrijven aan de kennelijke onduidelijkheid van de positie van sociaal raadsvrouwen/heren ten opzichte van de gemeente. Aanzet had als werkgeefster de klachten met werkneemster moeten bespreken en haar een kans moeten geven het conflict of de conflicten op te helderen en haar gedrag aan te passen. Aanzet had, zoals in de beschikking op het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst uitvoeriger overwogen, ook duidelijkheid moeten scheppen over de grenzen van de onafhankelijkheid waarbinnen sociale raadslieden hun functie moeten vervullen. Aanzet heeft dit nagelaten en te vroeg de conclusie getrokken dat het vertrek van werkneemster noodzakelijk was. De vordering wordt toegewezen.