werkneemster/Stichting Mitros

Werkneemster is in 1994 in dienst getreden van (een rechtsvoorganger van) Mitros. Zij is thans (niet-statutair) directeur van de werkmaatschappij Mitros Wonen van de woningbouwcorporatie Mitros te Utrecht. Werkneemster verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst onder toekenning van een vergoeding met C=1. Ten gevolge van een besluit van Mitros om de functie van werkneemster uit beleidsmatige overwegingen te laten vallen, als gevolg van wijzigingen in de bestuurdersstructuur, is er voor werkneemster geen werk meer. Een alternatieve passende functie is haar niet geboden.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Aan de voorgenomen beëindiging van haar dienstverband heeft werkneemster op geen enkele wijze, laat staan verwijtbaar, bijgedragen. Derhalve is sprake van een zogenoemd bedrijfseconomisch ontslag. Deze ligt – ook hier – geheel in de risicosfeer van de werkgever. Derhalve is voldoende aannemelijk dat de ontbinding dient plaats te vinden vanwege de aanwezigheid van gewichtige redenen, maar tevens dat de vergoeding gebaseerd dient te zijn op de C-factor waarbij C=1 (€ 194.080).

Ten aanzien van het verweer dat deze vergoeding gelet op het maatschappelijk debat te hoog is, wordt het volgende overwogen. Een vooruitlopen op de op 6 december 2011 door de Tweede Kamer aangenomen WNB (32 600) is geïndiceerd. Reden hiervoor is dat artikel 7.3 lid 1 t/m 10 WNB een uitgebreide regeling kent van de overgang van de oude situatie naar de nieuwe situatie onder de nieuwe wetgeving. Daarnaast heeft de Raad van State zich opnieuw over het wetsontwerp en zich met name over diverse aangenomen amendementen nota’s van wijziging gebogen. Naar aanleiding van de kritiek van de Raad heeft de minister aangekondigd dat ANBI’s uit het wetsvoorstel worden geschrapt, maar niet de overige private rechtspersonen, waaronder de woningbouwcorporaties. Daarmee lijkt de angel uit de al door de Tweede Kamer aangenomen wet. De woningbouwcorporaties gaan hoogstwaarschijnlijk onder de WNB vallen.

Op grond van de uitleg die de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in de op 16 juli 2012 ontvangen memorie van antwoord aan de Eerste Kamer op bladzijde 15 heeft gegeven over het begrip ‘topfunctionaris’ mag worden aangenomen dat de functie van niet-statutair directeur Mitros Wonen, die directeur is van een werkmaatschappij, niet onder het begrip topfunctionaris in de zin van de WNB valt. Het moet immers gaan om onder(ge)schikten die mede leidinggeven aan de hele organisatie. Dat is in het onderhavige geval onvoldoende aannemelijk geworden. Volgt ontbinding onder toekenning van een vergoeding met C=1.