Rechtspraak
werkgever/werknemer
Werknemer is als medewerker haal- en bezorgdienst werkzaam bij een onderneming die actief is op het gebied van herslijpen en fabriceren van gereedschappen. In de arbeidsovereenkomst is een geheimhoudings- en concurrentiebeding opgenomen. Werkgever stelt dat werknemer door bij concurrent X in dienst te treden het geheimhoudings- en concurrentiebeding overtreedt. Gesteld wordt dat werknemer verplicht is deze bedingen na te leven en dat werknemer boetes verbeurt wegens overtreding van de bedingen. In reconventie vordert werknemer schorsing van het concurrentiebeding.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Hoewel de functieomschrijving van werknemer anders doet vermoeden, is gebleken dat werknemer meer deed dan het ophalen en bezorgen van gereedschappen. Hij bracht namelijk ook adviezen uit aan klanten. De kennis van het klantenbestand (niet alleen de klant zelf maar ook wat door de klant wordt besteld) betreft gevoelige informatie die voor een concurrent van werkgever ongetwijfeld van waarde is. Werknemer heeft twee klanten benaderd en bij één klant zelfs een offerte namens X uitgebracht. Weliswaar is door de indiensttreding bij X afgaande op het bruto uurloon sprake van een beduidende salarisverbetering, maar die verbetering komt in het licht van de omstandigheid dat het bij werkgever verdiende salaris conform de toepasselijke cao was, minder gewicht toe. Werknemer heeft bovendien zelf zijn arbeidsovereenkomst opgezegd, zonder over indiensttreding bij X te spreken. Gelet op alle omstandigheden wordt geoordeeld dat het belang van werkgever bij naleving van het concurrentiebeding zwaarder weegt dan het belang van werknemer bij behoud van zijn huidige werkkring. Wel wordt de duur van het concurrentiebeding beperkt tot de duur van één jaar.