Rechtspraak
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten, 29 oktober 2010
ECLI:NL:OGEAM:2010:BY1351
werknemer/Tropical Management N.V.
Werknemer is vanaf 16 oktober 2002 werkzaam geweest als Slot Attendant A in dienst van Tropical Management N.V. (hierna: TM). Werknemer en TM zijn steeds arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd aangegaan en wel de arbeidsovereenkomsten van de navolgende duur: 16 oktober 2002-15 oktober 2003; 15 oktober 2003-15 oktober 2004; 16 oktober 2004-15 oktober 2005; 18 januari 2006-17 januari 2007; 18 januari 2007-17 januari 2008; 18 januari 2008-17 januari 2009; 1 mei 2009-31 april 2010.
De laatste arbeidsoveenkomst wordt niet opnieuw verlengd. Werknemer stelt zich op het standpunt dat sprake is van misbruik van bepaalde tijdscontracten.
Het Gerecht oordeelt als volgt. Er is geen sprake van een zogenoemde ‘draaideurconstructie’. Het kenmerk van een draaideurconstructie is dat arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd bij één werkgever worden afgewisseld met perioden waarin de werknemer in dienst was van een uitzendbureau of van een andere werkgever terwijl hij in feite hetzelfde bleef doen voor de eerste werkgever. In casu is hiervan geen sprake. Werknemer is van 16 oktober 2002 tot en met 30 april 2010 in dienstbetrekking van TM werkzaam geweest. Tussen de eerste drie opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd en de vierde arbeidsovereenkomst ligt een periode van drie maanden en drie dagen. Tussen de drie daarop volgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd en de laatste arbeidsovereenkomst ligt een periode van drieënhalve maand. In deze tussenliggende perioden is werknemer niet op enigerlei wijze voor gedaagde werkzaam geweest. Naar de letterlijke tekst van artikel 7A: 1615fa lid 1 BW is niet voldaan aan de in dit artikel gestelde voorwaarden voor een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Er zijn immers twee tussenliggende perioden van meer dan drie maanden te duiden. Voor zover werknemer heeft willen betogen dat er sprake is van ongeoorloofde ontduiking en uitholling van artikel 7A: 1615fa BW dan wel van misbruik van recht (HR 29 juni 2007, LJN BA2504) overweegt het Gerecht dat werknemer daarvoor onvoldoende heeft aangevoerd. Het enkele feit dat een werkgever en een werknemer na een periode van drie maanden of meer weer een nieuwe arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd aangaan is daarvoor onvoldoende. Ook nu, zoals in casu, er al sprake is van twee reeksen van elkaar opvolgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd.