A&O Services B.V./X

X houdt zich bezig met de verkoop van mobiele wanden (vouwwanden, paneelwanden en glaswanden) in de vorm van bouwkundige afbouw met inbegrip van montage en levering van materialen. Twee administratiekantoren, A&O Services en MN Services, menen beide dat X onder hun cao (respectievelijk de CAO Afbouw BTER en de CAO Metaal en Techniek) valt. Onder verwijzing naar de betreffende cao maken zij aanspraak op bijdragen en premies.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Het kan niet de bedoeling zijn dat X onder de werkingssfeer van beide cao’s valt en zich met dubbele lasten ter zake van bijdragen en premies geconfronteerd ziet. De Hoge Raad heeft bij arrest van 27 mei 2011 (LJN BQ0010) geoordeeld dat aannemelijk is dat beide cao’s zodanig zijn geformuleerd dat een overlapping van de werkingssfeer zo veel mogelijk wordt voorkomen en dat werkingssfeerbepalingen van een cao die overlappen met dergelijke bepalingen van een andere cao, blijkens de beleidsregels van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, neergelegd in het Toetsingskader Algemeen Verbindend Verklaring CAO-bepalingen niet algemeen verbindend worden verklaard, terwijl een overeenkomstig beleid wordt gevoerd voor de verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds. Geoordeeld wordt dat niet zonder meer valt in te zien dat een vouwwand hetzelfde is als een systeemwand. In de CAO Metaal en Techniek is, anders dan in de CAO Afbouw BTER, de vouwwand thans expliciet genoemd. Dit betekent dat X onder de werkingssfeer van de CAO Metaal en Techniek valt en daarmee niet onder de CAO Afbouw BTER. De beslissing van de grensgevallencommissie van 2 maart 2010 en de beslissing van het College van het Beroep voor het bedrijfsleven van 21 juli 2004 (LJN AQ6384) – waarop A&O Services een beroep heeft gedaan – leiden niet tot een ander oordeel. Ten overvloede wordt overwogen dat als onder systeemwanden in de CAO Afbouw BTER toch mobiele wanden zoals vouwwanden vallen, sprake is van een overlap met de CAO Metaal en Techniek. X mag hiervan, gelet op het arrest van de Hoge Raad van 27 mei 2011 niet de dupe worden. De enkele overlap zou in de gegeven omstandigheden ook in de weg staan aan toewijzing van de vordering.